Staatssecretaris Snel van Financiën is er ondanks de protesten van de afgelopen periode nog altijd niet voor om overgangsrecht voor de versobering van de expatregeling in te voeren. Dat schrijft de staatssecretaris in antwoord op een serie Kamervragen. Daaruit blijkt ook dat de aanpassing het Rijk meer gaat opleveren dan eerder werd verwacht.
Belanghebbenden zijn op tijd geïnformeerd over wijziging van de fiscale regeling, schrijft Snel. Bovendien is overgangsrecht wat de D66’er betreft juridisch niet noodzakelijk: ‘Het uitgangspunt is dat wetswijzigingen onmiddellijke werking hebben, dat wil zeggen dat zij ook van toepassing zijn op bestaande gevallen. In uitzonderingssituaties kan afwijking van het uitgangspunt van onmiddellijke werking nodig zijn. Het gaat daarbij om een afweging van de belangen van degenen die (mogelijk) worden geraakt door de nieuwe wetgeving, in dit geval de inhoudingsplichtigen die de 30%-regeling reeds toepassen en de werknemers waarvoor de 30%-regeling reeds wordt toegepast, tegen de belangen van andere inhoudingsplichtigen en belastingplichtigen die niet een dergelijke tegemoetkoming krijgen. Ik kan mij voorstellen dat degenen die (mogelijk) geraakt worden door de voorgenomen wijziging liever een andere uitkomst hadden gezien, maar ik acht overgangsrecht juridisch niet noodzakelijk.’
Opbrengst
Snel verwacht dat de versobering van de expatregeling financieel gunstiger uitpakt dan waar eerder op was gerekend. De inperking van de regeling zal de verwachte opbrengsten van 284 miljoen euro die in het regeerakkoord zijn opgenomen overstijgen.
Het kabinet is van plan om de looptijd van de 30%-regeling per 1 januari 2019 van acht naar vijf jaar te verkorten. De fiscale regeling biedt werkgevers de mogelijkheid om een deel van het loon, maximaal 30%, belastingvrij te verstrekken aan buitenlandse werknemers die tijdelijk in Nederland werken. Het feit dat er geen overgangsrecht is en dat de versobering dus ook geldt voor al in Nederland werkzame buitenlanders roept veel protest op.