Om in aanmerking te komen voor het verlaagde belastingtarief op een bestelauto moet voldaan worden aan strikte regels. Dat merkte een gehandicapte vrouw, die twee keer mis greep voor de rechter.
Zij kocht in 2016 een bestelauto en vroeg om het verlaagde bestelautotarief Motorrijtuigenbelasting (MRB) voor gehandicapten. Zij kon zich wel verplaatsen zonder rolstoel, maar door niet-aangeboren hersenletsel kon zij bepaalde visuele en auditieve prikkels niet verdragen. Een bestelauto zou haar helpen die te ‘filteren’. De inspecteur gaf haar niet haar zin.
Rolstoel
Nadat Rechtbank Gelderland de Belastingdienst gelijk gaf, werd de zaak voor Hof Arnhem-Leeuwarden nog eens overgedaan. De vrouw hield daar vol dat zij door haar handicap even afhankelijk is van een bestelauto om zich te verplaatsen als een gehandicapte met een rolstoel of andere zware hulpmiddelen. Maar het Hof vond ook dat de inspecteur het verzoek terecht afwees, gelet op de duidelijke wettekst en de door de wetgever gegeven duidelijke toelichting. Ook een beroep op het gelijkheidsbeginsel van het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) en het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR) had geen kans van slagen bij het Hof. De vrouw moet een ‘normaal’ belastingtarief betalen.