Geld storten op een derdenrekening van een notaris betekent niet altijd dat het geld het vermogen van iemand heeft verlaten. De Hoge Raad oordeelde in een recente zaak dat een bedrag van 1,5 miljoen euro nog steeds tot het box 3-vermogen van de betrokkene hoort, ook al werd het geld als agiostorting via de notaris naar zijn BV overgemaakt.
De man had op 31 december 2012 een BV opgericht met een gestort aandelenkapitaal van 100 euro. Dezelfde dag maakte hij 1,5 miljoen euro over van zijn privébankrekening naar een derdenrekening van een notaris met de vermelding ‘Agiostorting’. De notaris stortte dit bedrag op 21 januari 2013 op de rekening van de BV met de vermelding ‘Agiostorting inzake oprichting’. De man overleed eind 2013, waarop de vraag rees of de 1,5 miljoen euro tot zijn box 3-vermogen behoorde.
Het Hof oordeelde eerder dat de inspecteur aannemelijk had gemaakt dat het op de derdenrekening van de notaris gestorte bedrag op 1 januari 2013 het vermogen van de erflater niet had verlaten. Het Hof stelde vast dat de erflater vóór 1 januari 2013 geen afdwingbare verplichting had aanvaard om het op de derdenrekening van de notaris gestorte bedrag aan de BV te voldoen. Daaruit kon het Hof afleiden dat de erflater op 1 januari 2013 de enige rechthebbende op dat bedrag was, zodat het zijn vermogen op dat moment niet had verlaten. Dat oordeel is volgens de Hoge Raad niet onbegrijpelijk en is toereikend gemotiveerd. Dat de notaris enkele weken later, na de peildatum, het op de derdenrekening gestorte bedrag naar een rekening van de BV overmaakte doet daar niets aan af.