
‘Aanpassing van de spelregels voor de overdracht van familiebedrijven aan de volgende generatie kan desastreus uitpakken voor onder meer de vele middelgrote familiebedrijven in ons land.’ Dat schrijven VNO-NCW en MKB-Nederland en Familiebedrijven Nederland in een brief aan de Tweede Kamer en het kabinet.
De Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) heeft als doel te voorkomen dat belastingheffing bij overdracht van een bedrijf de continuïteit van de onderneming in gevaar brengt. Deze regeling wordt in de praktijk veel door familiebedrijven toegepast. Onlangs is de BOR door het CPB geëvalueerd. De conclusie is dat de BOR doeltreffend is maar niet doelmatig. De budgettaire kosten zouden onnodig hoog zijn. In veel gevallen, zo concludeert het CPB, zouden voldoende eigen middelen aanwezig zijn bij de ontvanger, erflater/schenker en de onderneming.
VNO-NCW en MKB Nederland schrijven: ‘De conclusie uit de evaluatie dat de BOR niet doelmatig is omdat in circa driekwart van de gevallen voldoende vrije middelen beschikbaar zijn, is te kort door de bocht. De evaluatie gaat uit van de vrije middelen maar houdt geen rekening met de werkelijkheid waarin deze middelen helemaal niet vrij zijn en waarover zelfs nog belasting verschuldigd kan zijn. Ook toont de evaluatie aan dat de verschillen ten aanzien van liquiditeit tussen groot en klein en schenken en vererven zodanig groot zijn dat de impact van de BOR wel degelijk groot kan zijn en dat geen eensluidende conclusie kan worden getrokken die geldt voor de hele populatie. De evaluatie laat juist zien dat, zeker in het geval van grote ondernemingen, het belang van de BOR evident is. Het zorgt voor een internationaal gelijk speelveld voor klein en groot. Zonder de BOR gaat veel liquiditeit, financieringsruimte en daarmee investeringsruimte verloren en raakt de onderneming vleugellam. Een betalingsregeling lost dat probleem niet op en verergert juist de situatie.’
Lees hier de brief.