De meeste werknemers krijgen in mei weer vakantiegeld uitgekeerd. Voor werknemers met een modaal inkomen of hoger is de hoogte van het bedrag lager of gelijk aan 2023. Dat blijkt uit berekeningen van HR- en salarisdienstverlener ADP Nederland.
Werknemers die net onder modaal verdienen, € 3.000 bruto per maand, ontvangen echter netto 242 euro meer vakantiegeld. Een parttime medewerker die € 1.750 bruto per maand krijgt, incasseert 578 euro extra ten opzichte van 2023.
Werknemers met een modaal inkomen (€ 3.395 bruto per maand) krijgen netto € 19 minder dan afgelopen jaar. Als je drie keer modaal verdient (€ 10.185 bruto per maand), valt het vakantiegeld netto € 637 lager uit.
Verrekeningspercentage heffingskortingen
De verschillen ontstaan door het verrekeningspercentage op het standaard belastingtarief. Dit verrekeningspercentage moet ervoor zorgen dat de heffingskortingen op de juiste manier worden berekend. De heffingskortingen zijn inkomensafhankelijk. Elk jaar worden de grenzen waarbij de op- en afbouw van de heffingskortingen beginnen verlegd. Dit is van invloed op de hoogte van de loonbelasting die op het vakantiegeld wordt ingehouden.
Bij een werknemer die bruto € 1.750 per maand verdient, wordt dit jaar gerekend met een tarief van 5,54%. Vorig jaar was dit nog 39,94%. Voor de werknemers met een bruto salaris van € 3.000 daalt het tarief van 49,54% naar 41,13%. Dit verklaart waarom het vakantiegeld in 2024 hoger uitvalt.
Verdient de werknemer echter bruto drie keer modaal, dan wordt dit jaar dat het toptarief van 49,5% nog gecorrigeerd met een verrekeningspercentage van +6,51%. Dit jaar loopt de afbouw van de arbeidskorting namelijk langer door. Over de vakantiebijslag wordt nu 56,01% loonheffing ingehouden, terwijl dit vorig jaar nog 49,5% was.
Invoering minimumuurloon
De introductie van het wettelijk minimumuurloon per 1 januari 2024 heeft ook invloed op de hoogte van het vakantiegeld. Een werknemer met het minimumloon op basis van een 36-urige werkweek ontvangt € 15 minder vakantiegeld ten opzichte van 2023. Minimumloners met een 38-urige of 40-urige werkweek ontvangen netto respectievelijk € 12 en € 40 meer.
Belangrijkste reden is dat door de invoering van een wettelijk minimum uurloon er bij een 38-urige en 40-urige werkweek ook over een hoger salaris (meer uren) vakantiegeld wordt opgebouwd.