Gemeenten zijn bekend met de verschuldigdheid van belastingrente inzake de Vennootschapsbelasting. Echter ook bij de btw en het BTW-compensatiefonds kan rente een aanzienlijke kostenpost vormen.
Belastingrente
Met ingang van het belastingjaar 2012 is de heffingsrente vervangen door de belastingrente. Met de belastingrente is de regeling vereenvoudigd en wordt volgens de wetgever voorkomen dat belastingplichtigen sparen bij de Belastingdienst. Het is volgens de wetgever door de nieuwe regeling niet meer lonend om geld bij de Belastingdienst te stallen. Met de nieuwe regeling wordt pas vanaf drie of zes maanden na afloop van het boekjaar rente in rekening gebracht. Veelal wordt pas vanaf 1 april respectievelijk 1 juli van het jaar volgend op het belastingjaar door de Belastingdienst ter zake van belastingschulden rente in rekening gebracht. Daar tegenover staat dat vrijwel nooit rente meer wordt vergoed door de Belastingdienst hetgeen de regeling inzake de vergoeding van rente door de Belastingdienst aanmerkelijk heeft vereenvoudigd. De hoogte van de belastingrente is gekoppeld aan de rente voor handelstransacties voor de vennootschapsbelasting met een minimum van acht procent en voor de overige lasten aan de niet-handelstransacties met een minimum van vier procent.
Gemeentelijke praktijk
Met name bij grote projecten met (veel) openbare infrastructuur en/of openbaar gebied kunnen ter zake van de btw aanmerkelijke verschuivingen aan de orde komen tussen het recht op compensatie van btw bij het BTW-compensatiefonds en het recht op verrekening c.q. teruggaaf van btw op de btw-aangifte. Bijvoorbeeld ingeval btw had moeten worden gecompenseerd bij het BTW-compensatiefonds en ten onrechte is verrekend c.q. teruggevraagd op btw-aangifte. Doordat wel rente moet worden betaald en geen rente wordt vergoed kunnen de kosten van rente binnen grote projecten alsdan flink oplopen als over meerdere jaren correcties moeten worden doorgevoerd. Taxnavigator adviseert gemeenten de grote projecten ter zake van de verwerking van de btw nauwkeurig periodiek te monitoren en niet te volstaan met enkel een nacalculatie nadat het project is afgerond.
Gemeenten kunnen kosten van rente beperken door suppletieaangiften te stapelen c.q. zoveel als mogelijk te verwerken in één suppletieaangifte. Hierdoor worden per boekjaar (bij gemeente kalenderjaar) de positieve terug te vragen bedragen en de negatieve te betalen bedragen met elkaar gesaldeerd als de positieve en negatieve bedragen betrekking hebben op één boekjaar (bij gemeente kalenderjaar).
Dit artikel is opgesteld door de heer mr. dr. J.J.P. (Joep) Swinkels. De heer Swinkels is onder andere werkzaam als concernfiscalist bij de gemeente Utrecht. Het artikel is op persoonlijke titel geschreven.