Digitale platforms als Airbnb, Uber en Marktplaats moeten met ingang van dit jaar aan de Belastingdienst doorgeven hoeveel professionele aanbieders met de verkoop van spullen of diensten verdienen op hun site. De vraag is of de fiscus genoeg capaciteit heeft om dat allemaal te controleren.
De rapportageplicht komt voort uit de Europese richtlijn DAC7, waarmee moet worden tegengegaan dat digitale platforms door inkomsten niet door te geven een concurrentievoordeel hebben ten opzichte van traditionele bedrijven. Binnen de EU zullen de gegevens automatisch worden uitgewisseld. De richtlijn raakt verhuur van onroerend goed dat zich in een EU-lidstaat bevindt, het verlenen van persoonlijke diensten, de verkoop van goederen en de verhuur van transportmiddelen.
Particulier en ondernemer
Voor de rapportageplicht maakt het niet uit of een verkoper als ondernemer of als particulier gebruikt maakt van het platform, en ook niet of de verkoper winst of verlies maakt. De plicht geldt dus in principe voor alle gebruikers. Uitzonderingen zijn er voor overheidsinstanties, beursgenoteerde ondernemingen of een meerderheidsdeelneming daarvan, verkopers die tijdens de rapportageperiode meer dan 2.000 relevante activiteiten hebben verricht voor de verhuur van onroerend goed dat op hetzelfde straatadres staat ingeschreven en verkopers die tijdens de rapportageperiode minder dan dertig relevante activiteiten hebben verricht met een tegenwaarde van minder dan € 2.000. Die laatste voorwaarde geldt alleen als het gaat om de verkoop van goederen, dus niet om het verlenen van persoonlijke diensten of de verhuur van transportmiddelen.
De platforms moeten vrij gedetailleerd rapporteren over hun gebruikers: onder meer naam, hoofdadres, (eventueel) geboortedatum, btw-nummer, BIC-code van de bankrekening, BSN-nummer, totale tegenprestatie per kwartaal en het aantal relevante activiteiten moeten worden doorgegeven.
Uitzonderingen maken uitvoering lastig
Volgens het FD zorgen uitzonderingen (bijvoorbeeld voor ‘kleine’ verkopers) voor problemen omdat die moeilijk in de ICT-systemen zijn in te voeren zo citeert de krant Jasper van Schijndel, belastingadviseur bij PwC. De NOB heeft bovendien gevraagd of het verzamelen van gegevens wel mag volgens de AVG als nog niet duidelijk is of verkopers voor rapportage aan de fiscus in aanmerking komen. Die rapportages (over 2023) moeten voor het eerst over een jaar worden gedaan. Volgens Van Schijndel zijn veel platforms nog volop bezig om de noodzakelijke aanpassingen te maken. ‘Of ze moeten hier nog helemaal aan beginnen. Zij hebben gewacht op meer duidelijkheid rondom de regelgeving. Nu de wet is aangenomen komt hier waarschijnlijk verandering in.’
Handhaving
Maar de PwC-man vraagt zich af in hoeverre belastingautoriteiten de aangeleverde gegevens ook echt gaan gebruiken voor controles. ‘Uit onderzoek blijkt dat Europese belastingdiensten informatie verkregen onder vergelijkbare regelgeving nog maar zeer beperkt gebruiken. De vraag is of dit voor DAC7 anders zal zijn.’ In de uitvoeringstoets voor de richtlijn temperde de Belastingdienst zelf de verwachtingen voor wat betreft de handhaving. ‘De handhaafbaarheid vergt een substantiële personele inzet.’