Een schenking aan een levenspartner die tevens een voorschot is op een erfenis, terwijl er nog een wettig echtgenote in het spel is. Moet daar schenkbelasting over betaald worden? De inspecteur vond van wel, de rechtbank van niet, en het Hof kiest de middenweg.
De echtgenote kreeg een herseninfarct en ligt volkomen geïnvalideerd en niet aanspreekbaar in een verpleeghuis. De man leerde een nieuwe vrouw kennen, die bij hem intrekt en de huishouding doet. Zij raakte daardoor haar aanvullende UWV-uitkering kwijt. De echtgenoot wil dat zijn nieuwe levenspartner niet met lege handen achterblijft als hij zelf overlijdt. Hij schenkt haar twee keer een bedrag van €150.000, vanwege een door hem gevoelde ‘dringende morele verplichting’. Door de schenkingen kon de vrouw het appartement van haar ouders kopen, waarmee ze verzekerd was van vaste inkomensstroom en ook na het overlijden van schenker voldoende financiële middelen had om in haar eigen levensonderhoud te voorzien. De constructie was naar de mening van de echtgenoot nodig, omdat hij voorzag dat zijn twee kinderen niet zouden accepteren dat een deel van de erfenis naar de ‘stiefmoeder’ zou gaan. Dat wilde de man vóór zijn, vandaar de schenking.
Geen schenkbelasting
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat er geen schenkingsbelasting is verschuldigd (V-N 2016/55.1.2). Want, vond de rechtbank, belanghebbende heeft aannemelijk gemaakt dat het door haar verkregene heeft gestrekt ‘tot voldoening aan een natuurlijke verbintenis’. Derhalve is de verkrijging vrijgesteld en mocht de aanslag schenkbelasting de prullenbank in. De inspecteur vond dat tijdens het leven en gedurende een relatie de schenking van € 150.000 naar maatschappelijke opvattingen niet kan worden aangemerkt als ‘voldoen aan een natuurlijke verbintenis’. Een verplichting tot het verzorgd achterlaten bestaat enkel na het beëindigen van de relatie of na het overlijden en dat gelet op onzekere factoren en onvoorziene omstandigheden in de toekomst, het naar maatschappelijke opvattingen niet reëel is om daar tijdens leven in te voorzien, aldus de inspecteur. De Belastingdienst gaat vervolgens in beroep tegen de uitspraak van de rechtbank. Hof ‘s-Hertogenbosch verklaart het hoger beroep van de Inspecteur gegrond, maar vermindert de aanslag, waarbij een vrijstelling van meer dan de helft van de omvang van de schenking – om precies te zijn € 86.263 – wordt afgesproken.
Ook interessant voor u! Cursus Schenk- en erfbelasting op 21 mei 2019 met Bernard Schols.