De Studiegroep Begrotingsruimte adviseert het volgende kabinet de belastingen niet te verhogen en ook niet te bezuinigen ‘voor een beter saldo’. Om de overheidsfinanciën niet structureel te belasten moet de politiek keuzes maken.
Korte termijn: stabiliseer de economie
De gevolgen van de coronacrisis blijven de komende kabinetsperiode merkbaar. Omdat de economie naar verwachting onder haar kunnen blijft presteren adviseert de Studiegroep om stabiliserend begrotingsbeleid te voeren. Dat betekent in de eerste plaats dat de zogenaamde automatische stabilisatoren, die zorgen dat de begroting meebeweegt met de conjunctuur, hun werk moeten kunnen doen (zie toelichting box 1). In aanvulling hierop kan de economie – in deze uitzonderlijke crisis – met tijdelijk crisisbeleid verder ondersteund worden. Om uit de crisis te komen is het belangrijk dat bedrijven en werkenden zich aanpassen aan de nieuwe omstandigheden. Het crisisbeleid moet deze aanpassingen daarom ondersteunen. Naarmate de economie weer meer op eigen benen kan staan, moet het crisisbeleid geleidelijk worden afgebouwd. Zo wordt ook voorkomen dat de overheidsfinanciën structureel worden belast. De Studiegroep adviseert om de crisismaatregelen te evalueren, om er zo voor te zorgen dat bij een toekomstige crisis effectief beleid ‘klaarstaat’ om dan snel in te kunnen zetten.
Economie niet afremmen
Zolang er sprake is van laagconjunctuur is het risicovol om te bezuinigen of de lasten te verhogen. Daarmee wordt de economie mogelijk verder afgeremd en de crisis verder verdiept. Beleid gericht op de korte termijn – bijvoorbeeld om het EMU-saldo van het volgende jaar bij te sturen – is in het verleden vaak (deels) teruggedraaid, zodra de overheidsfinanciën er weer beter voor stonden. Zo ontstond onbedoeld jojobeleid dat de economische cyclus versterkte in plaats van dempte. Dit kwam bovendien de betrouwbaarheid van de overheid en welvaart in den brede niet ten goede. Het is daarom verstandiger om beleid te voeren met het oog op de uitdagingen op de lange termijn en hiervoor structurele oplossingen te zoeken.
Hervormen
Uit de vorige economische crisis hebben we geleerd dat er juist gedurende een crisis draagvlak kan ontstaan voor belangrijke structuurversterkende en houdbaarheidsverbeterende hervormingen. De Studiegroep adviseert ook nu hervormingen door te voeren die economische kwetsbaarheden wegnemen en de schokbestendigheid van de economie vergroten. De formatie is het moment om daarover afspraken vast te leggen. De Studiegroep adviseert om in de timing van het moment van invoering rekening te houden met de stand van de economie en om maatregelen waar mogelijk geleidelijk in te faseren.
Er zijn sowieso lessen te trekken uit de vorige crisis. De uitgangssituatie had veel overeenkomsten met de huidige: een relatief gezonde economie, een lage werkloosheid, een relatief lage schuld en een begrotingsoverschot. In reactie op de crisis voerde het kabinet net als nu stabiliserend begrotingsbeleid: automatische stabilisatoren deden hun werk en met discretionair crisisbeleid dempte het kabinet in 2009 en 2010 het effect van de crisis. Mede door de nationalisatie en herkapitalisatie van o.a. ABN Amro, ING en SNS liep de staatsschuld snel op, van 44 procent van het bbp in 2008 tot 64 procent van het bbp in 2012. Door dreiging van oplopende rentes op staatsobligaties en aanblijvende economische, internationale en politieke onzekerheden zagen toenmalige kabinetten zich genoodzaakt maatregelen te nemen om de gezondheid van de overheidsfinanciën te verbeteren. Het pakket van maatregelen bestond uit hervormingen, bezuinigingen en lastenverzwaringen die vanaf 2011 werden ingezet. In de jaren daarna – 2012 en 2013 – werd dat beleid doorgezet en versterkt: via verschillende akkoorden werden er op de korte termijn bezuinigingen en lastenverzwaringen doorgevoerd ten behoeve van het begrotingssaldo. Tegelijkertijd zijn er belangrijke structuurversterkende en houdbaarheidsverbeterende hervormingen doorgevoerd – zoals het beperken van de hypotheekrenteaftrek, verhoging van de AOW-leeftijd en versterking van toezicht op banken.
Drie lessen van de vorige crisis
- Expansief begrotingsbeleid is effectief in het stabiliseren van de economie bij een grote economische schok; mits tijdig, tijdelijk en doelgericht. Met name de automatische stabilisatoren, of maatregelen die mee-ademen met de conjunctuur zijn effectief.
- In tegenstelling tot het algemene beeld is er in de vorige crisis niet direct bezuinigd. Pas vanaf 2010 werden bezuinigingen aangekondigd en in 2012 en 2013 werd duidelijk ingrepen in de Rijksbegroting. De situatie was op dat moment zeer onzeker, maar terugblikkend is de economie – die zich in een neergang bevond – op dat moment mogelijk verder afgeremd.
- Structuurversterkende en houdbaarheidsverbeterende hervormingen zijn verstandig. Hervormingen in de vorige crisis hebben de uitgangspositie en duurzaamheid van de Nederlandse economie en overheidsfinanciën significant verbeterd.
Lees hier het rapport van de Studiegroep Begrotingsruimte.