Is het mogelijk een voorbehoud negatieve stille reserves te maken ten aanzien van een bedrijfsmiddel bij de toetreding van een vennoot in een personenvennootschap? Volgens de Kennisgroep winstfaciliteiten en firmaproblematiek is dit onder voorwaarden inderdaad mogelijk.
Dit blijkt uit een standpunt dat de Belastingdienst heeft gepubliceerd. Daarbij wordt uitgegaan van de volgende fictieve situatie. Op de balans van een personenvennootschap staat een bedrijfsmiddel met een negatieve stille reserve van € 500.000. Een nieuwe vennoot treedt toe tot deze vennootschap. De zittende vennoten en de toetredende vennoot willen een voorbehoud maken ten aanzien van deze negatieve stille reserve. Kan, fiscaal gezien, in deze situatie een voorbehoud negatieve stille reserves overeengekomen worden?
Contractsvrijheid
De Kennisgroep stelt dat dit inderdaad kan, mits dit een zakelijke afspraak betreft. Bij het aangaan van een vennootschap bestaat contractsvrijheid. Dit betekent dat vennoten hun rechtsverhouding onderling kunnen bepalen en kunnen vastleggen in een overeenkomst. Daarbij geldt ook dat zij de vrijheid hebben om bepalingen op te nemen over (positieve dan wel negatieve) stille reserves. Het is mogelijk dat vennoten overeenkomen dat de waardeontwikkeling van een bedrijfsmiddel na het aangaan van het samenwerkingsverband wordt verdeeld en dat de waardeontwikkeling die voor het aangaan van het samenwerkingsverband is ontstaan alleen de oorspronkelijke inbrenger aangaat. De overeengekomen afspraken tussen partijen moeten wel zakelijk zijn, maar als dat het geval is dan hebben partijen de vrijheid om een voorbehoud (negatieve) stille reserves overeen te komen ten aanzien van een bepaald bedrijfsmiddel.
Artikel 3.25
Voor de fiscale gevolgen van dat wat er juridisch is afgesproken wordt verwezen naar artikel 3.25 van de Wet Inkomstenbelasting 2001: ‘De in een kalenderjaar genoten winst wordt bepaald volgens goed koopmansgebruik, met inachtneming van een bestendige gedragslijn die onafhankelijk is van de vermoedelijke uitkomst. De bestendige gedragslijn kan alleen worden gewijzigd indien goed koopmansgebruik dit rechtvaardigt.’ Goed koopmansgebruik verplicht niet om aanwezige stille reserves al in aanmerking te nemen als verlies. In de regel zal een voorbehoud negatieve stille reserves niet vaak voorkomen. De overdrager zal normaliter gebruik willen maken van de mogelijkheid om te herwaarderen om zodoende een afwaarderingsverlies te kunnen effectueren.
Zie hier de volledige uitleg.