Miljoenen werkenden dreigen maandelijks honderden euro’s meer aan reiskosten te betalen als het kabinet Betalen naar Gebruik (BNG) invoert. Dit blijkt volgens het CNV uit eigen berekeningen. De vakbond bepleit een belastingvrije vergoeding van rond de 30 cent per kilometer.
Het kabinet is van plan om in 2030 ‘betalen naar gebruik’ in te voeren. Dit betekent dat automobilisten per gereden kilometer betalen. Binnenkort wordt het volledige wetsvoorstel over Betalen naar Gebruik (BNG) gepubliceerd. Het CNV bepleit compensatie voor werkenden die de gevolgen van de maatregel ervaren. Ruim zes op de tien werkenden heeft de auto nodig voor hun werk, blijkt uit CNV-onderzoek.
Scenario’s
Het CNV rekende diverse scenario’s door op basis van het overheidsrapport ‘Varianten voor tariefstructuur Betalen naar gebruik’. Wie een gemiddelde auto rijdt, betaalt al snel 300 euro per maand extra aan brandstofkosten, blijkt uit deze berekeningen. Hoe hoger de CO2-ambitie van het kabinet, hoe meer werkenden bijbetalen.
Hoog tarief
Piet Fortuin, CNV-voorzitter: ‘Gezien de hoge klimaatambitie die het kabinet heeft geformuleerd (2,5 Mton CO2-besparing) is het zeer aannemelijk dat het kabinet een hoog tarief voor BNG invoert. Daar komen de recent aangekondigde verhogingen van de brandstofkosten nog bij. Het CNV is voorstander van het verminderen van de CO2-uitstoot, maar werknemers moeten hier niet de torenhoge rekening voor betalen. Dat is onacceptabel en onbespreekbaar.’
Compensatie
Het CNV bepleit een belastingvrije vergoeding van rond de 30 cent per kilometer die de werkgever kan uitkeren. Dat is dus een verhoging bovenop de reguliere kilometervergoeding. Fortuin: ‘De werkgever profiteert hier ook van: werknemers wisselen hierdoor minder snel van baan. Cruciaal in een krappe arbeidsmarkt. Daarnaast voorkomt het dat mensen overlopen naar een andere sector waar ze minder hoeven te reizen of meer thuis kunnen werken. In de zorg bijvoorbeeld, kunnen we niemand missen. We roepen het kabinet op om snel met een adequate oplossing te komen voor werknemers. Het CNV denkt hier graag over mee.’