Een man die van zijn oudtante voor een ton onder de werkelijke waarde een huis kocht, is onder de schenkbelasting uit gekomen nadat hij verkeerd was geïnformeerd door zijn adviseur. Dat blijkt uit een uitspraak van Rechtbank Gelderland.
De man mocht de woning kopen voor € 225.000. Hij kreeg het advies om eerst € 100.000 van zijn oudtante te lenen en dit vervolgens door middel van kwijtschelding via de vrijstelling van haar geschonken te krijgen. Dit zou hem een besparing opleveren van €12.000. In de verkoopakte is vermeld dat hij de woning van zijn oudtante heeft gekocht voor een bedrag van € 325.000. Bij akte van schenking van had hij een bedrag van € 100.000 geschonken gekregen van zijn oudtante. In de akte van schenking is bepaald dat de verschuldigde rechten en kosten van de schenking voor rekening van eiser komen.
Dwaling
De man deed keurig aangifte schenkbelasting en kreeg tot zijn schrik vervolgens een aanslag schenkbelasting van € 29.366. Hij maakte bewaar tegen de aanslag, zich beroepend op ‘dwaling’. Vervolgens is bij akte van rectificatie van eind 2016 bij de notaris de schenking alsnog omgezet in een lening. Eind 2017 heeft de oudtante de lening kwijtgescholden. In de uitspraak op bezwaar heeft de Belastingdienst de aanslag schenkbelasting verminderd met de overdrachtsbelasting van € 1.957.
Vernietigbaar
Rechtbank Gelderland oordeelt dat beide partijen hebben gedwaald over de hoogte van de verschuldigde schenkbelasting en dat de schenking dus vernietigbaar is (zie art. 6:228 lid 1 onderdeel c BW). De schenking is later ook daadwerkelijk vernietigd, zodat de aanslag ten onrechte is opgelegd. Het maakt niet uit of de adviseur van daadwerkelijk heeft gezegd dat € 12.000 schenkbelasting verschuldigd zou zijn. Van belang is slechts dat de achterneef en zijn oudtante van een verkeerde voorstelling van zaken zijn uitgegaan, niet hoe die tot stand is gekomen. Doordat de adviseur dit bedrag had genoemd, hoefde hij hiernaar ook geen nader onderzoek te doen. De man kreeg gelijk van de rechtbank.