Het in april verschenen advies van de adviescommissie Belastingheffing van multinationals moet door de coronacrisis in een bredere context worden geplaatst, vindt PwC. Bovendien moeten er geen unilaterale maatregelen worden genomen: ‘Een robuuste en stabiele winstbelasting moet internationaal worden vormgegeven.’
De adviescommissie kwam half april met haar rapport. Daarin wordt onder meer gepleit voor een ondergrens in de winstbelasting voor bedrijven met winstgevende activiteiten in Nederland, onder andere door beperking van de verliesverrekening tot maximaal 50% van de belastbare winst. PwC’ers Marc Diepstraten en Edwin Visser vinden dat de discussie over de balans tussen een eerlijke belastingheffing en een aantrekkelijk vestigingsklimaat door de coronacrisis alleen maar urgenter is geworden. Daarom pleiten zij ervoor dat Financiën en de Tweede Kamer de aanbevelingen in de bredere context plaatsen van ‘een optimale belastingmix die herstel na de crisis zo min mogelijk belemmert’. Zo zouden ook heffingen kunnen worden overwegen die bijdragen aan het herstel van de overheidsfinanciën en tegelijk de Nederlandse klimaatambities steunen, aldus Diepstraten en Visser.
Unilaterale opties
Beiden zijn het ermee eens dat internationale samenwerking de belangrijkste weg is naar een goed functionerend internationaal belastingsysteem. ‘Nederland zou wat ons betreft voorop moeten lopen in die internationale samenwerking. Toenemend unilateralisme kan voor Nederland als relatief kleine, open economie mogelijk schadelijk uitpakken.’ Maar het rapport bevat juist wel aanbevelingen met specifiek unilaterale beleidsopties: ‘Die botsen volgens ons met de vaststelling dat internationale samenwerking de belangrijkste route is. Wij vinden dan ook dat de staatssecretaris die aanbevelingen niet moet opvolgen.’
Stabiliteit
PwC deed op verzoek van de commissie onderzoek naar de kenmerken van de VPB in vijftien landen. De VPB-ontvangsten liggen in Nederland iets hoger liggen dan het gemiddelde binnen de OESO. Gerelateerd aan het bruto binnenlands product zijn de inkomsten in ons land de laatste 20 jaar stabiel gebleven. ‘Maar binnen die twintig jaar waren er sterke op- en neerwaartse bewegingen. Wij benadrukken dat bedrijven gebaat zijn bij stabiliteit in belastingafdrachten, zodat zij zich kunnen richten op investeringen die herstel bespoedigen. Dit doel lijkt verenigbaar met de aanbeveling van de commissie om internationaal afspraken te maken over grondslagharmonisatie en het verminderen van de prikkels voor belastingconcurrentie.’
Commerciële winst
Diepstraten en Visser vinden dat commerciële winst de basis moet zijn voor de fiscale winst. ‘Voordelen hiervan zijn dat de vertaalslag van commerciële naar fiscale winst achterwege kan blijven en dat het inzicht in de belastingpositie en de -afdracht in relatie tot de commerciële winst eenvoudiger en groter wordt. Daarbij kan de Belastingdienst volstaan met minder toezicht op de jaarwinst, omdat die al gecontroleerd is door de externe accountant. Als eerste stap zouden multinationale ondernemingen met een omzet van meer dan € 750 miljoen hun fiscale winst kunnen rapporteren op basis van de commerciële winst – dat grensbedrag wordt ook gebruikt voor onder meer de landenrapportage. Met zo’n stap kunnen we ervaring opdoen die mogelijk de basis kan leggen voor een gezamenlijke Europese belastinggrondslag.’
Transparantie geen doel op zich
PwC ondersteunt het doel van transparante verantwoording aan stakeholders. ‘Publieke Country-by-Country-reporting moet echter geen doel op zich zijn. Ondernemingen kunnen los van de aanbevelingen aan de staatssecretaris verantwoord fiscaal gedrag duurzaam inrichten, met een gedegen raamwerk voor corporate tax governance. Die bestaat uit een met stakeholders afgestemde fiscale strategie voor de lange termijn, met heldere (bestuurs)taken en verantwoordelijkheden, effectief fiscaal risicomanagement en toetsbare fiscale transparantierapportages. Het vertrouwen in de onderneming zal hierdoor in hoge mate worden bepaald. Dat vertrouwen – van investeerders, overheid, consumenten en burgers – is een fundament waarop het duurzame herstel van de economie en de werkgelegenheid kan plaatsvinden.’