Het blijft goed mogelijk dat er een klein geboortegolfje komt voorafgaand aan 1 januari 2025. De Tweede Kamer heeft niet ingestemd met een motie van partijloos Kamerlid Omtzigt en de SGP, waarin het kabinet werd verzocht de hoogte van de Inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) ‘zoals eerder toegezegd’ stapsgewijs in een aantal jaren af te bouwen.
De vier coalitiepartijen stemden tegen het voorstel, alle andere aanwezige partijen voor. De motie haalde het daardoor met 72 stemmen voor net niet.
Afschaffing
De IACK is een heffingskorting voor de ouder van een jong kind, als deze ouder een werkende alleenstaande is of de minstverdienende van twee werkende partners. In het Belastingplan 2023 stelt het kabinet afschaffing van de inkomensafhankelijke combinatiekorting voor per 1 januari 2025. Ouders die na die datum een kind krijgen lopen over een periode van 12 jaar €30.000 belastingkorting mis.
Fiscale geboortepolitiek
De Tweede Kamer vreest dat dat fiscale geboortepolitiek in de hand werkt, aangezien een kind krijgen voor of na 1 januari 2025 financieel dan wel erg veel uitmaakt.
Motie
Staatssecretaris Van Rij voelde aanvankelijk wel wat voor een geleidelijker overgang, maar dat liep naar verluidt stuk op de onbuigzaamheid van de VVD. Even was er de hoop dat een motie van Omtzigt en SGP nog voor verandering zou kunnen zorgen. In dat voorstel werd verwezen naar het verschil in fiscaal voordeel van €30.000,-, daarbij overwegend ‘dat het ongewenst en onrechtvaardig is dat er zo’n groot verschil is en dat dit mogelijk kan leiden tot ongewenst vroeger ingeleide geboortes’.
De coalitie hield dinsdag echter de rijen gesloten en stemde unaniem tegen het voorstel.
‘Afschaffen inkomensafhankelijke combinatiekorting werkt fiscale geboortepolitiek in de hand’