Een aanscherping van de definitie voor ‘geneesmiddelen’ voor toepassing van het verlaagde btw-tarief; daar gaat het om in de internetconsultatie die het ministerie van Financiën recent is gestart. De beperking van het begrip geneesmiddel moet minder discussie opleveren over de vraag welke middelen onder het 6%-tarief vallen.
De toepassing van het lage btw-tarief voor geneesmiddelen wordt afhankelijk gesteld van de afgifte van een (parallel)handelsvergunning of expliciete vrijstelling daarvan, zoals bedoeld in de Geneesmiddelenwet. De regeling raakt alle ondernemers die producten leveren die een relatie hebben met gezondheid. Voor het overgrote deel van de geneesmiddelen zal de maatregel geen consequenties hebben.
Lastenverlichting voor Belastingdienst
Voor de Belastingdienst impliceert de maatregel een enorme lastenverlichting. Ten opzichte van de huidige situatie levert de maatregel straks een verduidelijking en eenduidige btw-behandeling op voor een resterende groep producten in de gezondheidszorg. Door de koppeling met de (parallel)handelsvergunning – of expliciete vrijstelling daarvan zoals bedoeld in de Geneesmiddelenwet – zullen cosmetische, reinigende en verzorgende producten en andere farmaceutische producten die verhandeld worden met een vergunning als medische hulpmiddelen, niet (meer) kwalificeren als geneesmiddel voor de btw.
Het toepassingsbereik van het 6%-tarief voor geneesmiddelen werd, na een uitspraak van de Hoge Raad in november 2016, verruimd naar andere producten, zoals tandpasta en zonnebrandolie.
Op deze internetconsultatie kan worden gereageerd tot 14 augustus aanstaande.