Een cliënt die Mazars Paardekooper Hoffman aansprakelijk stelde voor een nadelig uitpakkend belastingadvies, had niet moeten wachten met zijn belastingschuld betalen tot alle procedures daarover waren afgerond. Dat heeft Hof Den Haag bepaald.
De cliënt, een bouwondernemer, wilde na de verkoop van zijn zaak naar Italië verhuizen. Hij vroeg hoe hij de belastingdruk zo laag mogelijk kon houden. Van het kantoor kreeg hij het advies de zetels van zijn vennootschappen te verplaatsen naar Malta, zodat een groot deel van de reserves van de vennootschappen zonder heffing kon worden uitgekeerd als dividend. Dat advies pakte verkeerd uit. Het belastingadvieskantoor diende namens de ondernemer een bezwaarschrift in, maar de fiscus was alleen bereid de aanslagen te verlagen tot ruim € 1 miljoen. De ondernemer en zijn adviseur probeerden vruchteloos in een lange beroepsprocedure hun gelijk te krijgen.
Schadeclaim
Daarna stelde de ondernemer het kantoor wegens een fout advies aansprakelijk. Mazars had de ondernemer niet geïnformeerd over dit risico, beweert die. Ook was een te dure constructie voorgesteld. De cliënt hield Mazars aansprakelijk voor de vergoeding van geleden schade. Niet alleen lag er een naheffing plus een gepeperd bedrag aan heffingsrente, ook lag er nog een rekening van €675.000 van het kantoor voor de adviezen en de bijstand in gerechtelijke procedure. De rekening wilde Mazars overigens wel kwijtschelden, als de ondernemer verder afzag van verder actie. Het kantoor vond dat het geen beroepsfout heeft gemaakt en voerde aan dat zo al sprake zou zijn van een beroepsfout, de vordering is verjaard..
Cassatieverzoek
De ondernemer kwam pas in het geweer tegen Mazars toen de Hoge Raad zijn cassatieberoep had verworpen en het EHRM zijn klacht niet-ontvankelijk had verklaard, in 2015. Maar het hof oordeelt dat de verjaringstermijn begint te lopen als de benadeelde bekend wordt met zowel de schade als de aansprakelijke persoon. Absolute zekerheid hoeft de gedupeerde dan nog niet te hebben. Daarom moet een cliënt niet wachten tot na het einde van de beroepsprocedure, maar al in actie komen als de belastingdienst zijn bezwaarschrift niet (volledig) honoreert, is de les uit dit arrest.