Een 39-jarige accountant en belastingadviseur uit Apeldoorn moet 8 maanden de cel in wegens het doen van valse aangiften. Zo meende hij de BTW op een nieuwe Audi R8 buiten zijn aangifte omzetbelasting te kunnen houden. Vanwege zijn voorbeeldfunctie is de straf fors te noemen.
Btw-aangifte
De feiten deden zich voor in de jaren 2007-2010. De AA-accountant was toen een twintiger met meerdere BV’s onder zich. Uit boekenonderzoek van de fiscus bij een autobedrijf in Veenendaal bleek dat er in februari 2010 een Aufi R8 ter waarde van € 75.000 aan een van de BV’s van de accountant was geleverd. De btw bedroeg € 7.936, een bedrag dat niet werd teruggevonden in de btw-aangifte van de accountant in het desbetreffende kwartaal. Diens advocaat probeerde aan te tonen dat de Audi door een andere BV van de verdachte was ingekocht, en direct was doorverkocht aan de BV met de foutieve btw-aangifte. Aangezien de auto door die BV voor eenzelfde bedrag was ingekocht als verkocht waren de in- en verkoop-btw even hoog en vielen deze tegen elkaar weg. Op de aangifte is daarom het saldo vermeld van wat er daadwerkelijk is gebeurd aangezien de aangifte geen ruimte bood om voormelde onderliggende transacties daarin tot uitdrukking te brengen, aldus de raadsman. De rechter veegde dit verweer van tafel en achtte de zogenaamde inkoopfactuur en akte van schuldoverneming valselijk opgemaakt. En daarbij had was de btw op de auto ook in de aangiftes van het andere bedrijf van de accountant nergens terug te vinden.
Ton te weinig
Maar daarbij bleef het niet. Een controle van de fiscus maakte duidelijk dat het bedrijf van de accountant en belastingadviseur in drie jaar tijd ruim een ton te weinig omzetbelasting was aangegeven. Op een eerdere zitting verklaarde de accountant dat er inderdaad fouten in de administratie waren gemaakt. Maar die werd automatisch ingelezen in het boekhoudprogramma en de aangiften werden daar automatisch uit gegenereerd. Degene die de boekhouding deed, boekte nog een aantal dingen handmatig, waarna vervolgens de aangiften ‘middels een proces’ werden ingestuurd. De accountant verklaarde dat hij daar niet bij betrokken was. Hij keek enkel naar de output en het totaalbeeld van de cijfers. Hij keek globaal of daar afwijkingen in zaten maar hij keek niet naar alle onderliggende mutaties aangezien hij er vanuit ging dat deze goed werden verwerkt. Hij ging er vanuit dat de aangiften goed werden ingediend aangezien er volgens de handboeken en richtlijnen werd gewerkt. Op de aangiften stond weliswaar zijn naam, maar dat veld werd ‘automatisch ingevuld’ en iedereen die op de knop drukte om de aangifte te versturen kon de naam aanpassen. De rechter oordeelde echter dat de ‘fouten’ in dusdanig groot waren dat deze alleen door menselijk handelen en opzettelijk konden zijn gemaakt. Hoewel de kans bestaat dat iemand anders de aangiftes had gedaan, vond de rechter dat de accountant, als eigenaar van de BV, verantwoordelijk was. Had hij maar niet ‘Managing Partner/CEO’ op zijn visitekaartje moeten laten zetten…
Kantoor met zwembad
En dan waren er nog enorme verbouwingskosten aan de privéwoning die als zakelijke kosten waren opgegeven. Het ging om een villa die zogenaamd tot kantoor zou zijn verbouwd. De rechter: ‘Ondanks dat de airconditioning wellicht ook uiterst functioneel kan zijn bij de verhuur als kantoorruimte, zijn er daarnaast nog zoveel pure privé-investeringen gedaan met betrekking tot het poolhouse en het zwembad dat het zeer onaannemelijk is dat de overige werkzaamheden ten behoeve van een functiewijziging zijn verricht…. Bij een daadwerkelijke transformatie van het gehele pand tot kantoorruimte, is de plek van het zwembad en het poolhouse volgens het zogenaamde Ontwikkelingsplan overigens gereserveerd als parkeerruimte. Dit strookt niet echt met een investering op die plaats’. Hoewel de officier van justitie een straf van 15 maanden had geëist, legde de rechter er 8 op, waarvan 4 voorwaardelijk. Dat is nog steeds een forse straf, aldus de rechter. Maar dat komt ook omdat ‘verdachte bovengenoemde feiten gepleegd als leidinggevende van een accountants- en advieskantoor. Juist deze categorie ondernemers dient door de Belastingdienst, maar ook door de maatschappij in het geheel, vertrouwd te kunnen worden op het op een juiste manier doen en verzorgen van aangiften. Niet alleen hebben zij de deskundigheid om dit te kunnen doen, ook zou het hun professionele eer moeten zijn om adequaat en zorgvuldig te zijn. Door binnen deze beroepsgroep belastingfraude te plegen wordt niet alleen het vertrouwen in het financiële systeem ondermijnd, maar wordt ook het vertrouwen in de beroepsgroep ondermijnd. Tenslotte merkt de rechtbank op dat de verdachte op geen enkele manier zelfinzicht ten aanzien van de strafbaarheid van de gedragingen heeft getoond.’
Lees hier de uitspraak.