De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs blijft waarschuwen voor de fraudegevoeligheid van het wetsvoorstel implementatie richtlijnen elektronische handel. De NOB vreest vooral misbruik van btw-identificatienummers.
Zorgen al eerder geuit
De NOB is steeds bezorgd geweest over de mogelijkheid van fraude bij elektronische handel. En die zorgen zijn nog altijd niet weggenomen, blijkt uit een commentaar van de NOB dat op de website is gepubliceerd. In het wetsvoorstel wordt het belang van consumenten bij de invoerregeling benoemd. Die heeft als voordeel dat consumenten de koopprijs inclusief btw betalen aan de leverancier en niet meer worden geconfronteerd met btw of kosten van invoer nadat zij de goederen hebben besteld en daarvoor hebben betaald.
BTW-fraude
Een kwaadwillende leverancier, schrijft de NOB, zou de btw kunnen innen van de consument, maar het post- of koeriersbedrijf dat de goederen invoert niet het btw-identificatienummer kunnen verstrekken waarmee een beroep kan worden gedaan op de vrijstelling. Hierdoor zal de consument alsnog met btw bij invoer en de kosten van invoer worden geconfronteerd. De Orde zou graag zien dat de staatssecretaris meer duidelijkheid verstrekt over hoe met dergelijke gevallen in Nederland zal worden omgegaan.
Misbruik
Ook blijft de Orde bezorgd over de fraudegevoeligheid waar het bijvoorbeeld het mogelijke misbruik van de btw-identificatienummers onder de invoerregeling alsmede het opgeven van onjuiste waardes van te leveren goederen betreft. De Orde realiseert zich echter ook dat deze elementen helaas inherent zijn aan de gekozen systematiek op Europees niveau.
Bron: NOB, 8 september 2020