Het kabinet wil bedrijven stimuleern om investeringen te doen met de nieuwe Baangerelateerde Investeringskorting (BIK). De tijdelijke regeling is ter goedkeuring naar de Tweede Kamer gestuurd.
Nog niet alle details en voorwaarden zijn bekend. Wel is duidelijk dat de regeling geldt voor nieuwe investeringen in niet eerder gebruikte bedrijfsmiddelen, die bedrijven vanaf 1 januari 2021 tot uiterlijk 31 december 2022 doen. Voor de BIK is in totaal € 4 miljard beschikbaar.
Verrekening via loonheffing
Ondernemers die nieuwe productiemiddelen zoals machines, computers en auto’s aanschaffen, kunnen een percentage van de kosten vergoed krijgen. Dat bedrag wordt in mindering gebracht op door hen betaalde loonheffing. Dit heeft als voordeel dat eenzelfde investering voor alle bedrijven (met voldoende werknemers) gelijk is, en niet alleen ten gunste komt van bedrijven die winst maken.
Ook voor mkb
De regeling is zo vormgegeven dat ook het mkb er gebruik van kan maken. Er is een staffel ingebouwd zodat kleinere investeringen een grotere tegemoetkoming krijgen dan grotere investeringen.
Combineren met andere steunregelingen
Bedrijven kunnen de BIK combineren met andere steunregelingen zoals de Energie Investeringsaftrek (EIA) of de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Voor kleinere investeringen door het mkb kunnen de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) en de BIK samengaan.
Rol RVO en Belastingdienst
De investeerder vraagt toepassing van de BIK aan bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). RVO controleert de ingediende aanvraag en geeft bij goedkeuring een BIK-verklaring af. Deze verklaring geeft de investeerder toestemming om de BIK toe te passen in de loonaangifte. De Belastingdienst beoordeelt op basis van de BIK-verklaring of de afdrachtvermindering terecht en tot het juiste bedrag in de loonaangifte is toegepast.
Meer weten?
Houd de website van de RVO in de gaten voor aanvullende informatie. Lees ook de informatie op Rijksoverheid.
Bron: RVO