Een gokimperium is alsnog een naheffingsaanslag van €13,5 miljoen aan kansspelbelasting verschuldigd, heeft het gerechtshof ’s-Hertogenbosch beslist. Het hof vindt net als de rechtbank Zeeland-West-Brabant bewezen dat de kansspelen werden georganiseerd en gehouden door een in Nederland gevestigde besloten vennootschap.
Uitspraak: ECLI:NL:GHSHE:2021:210
Ondernemingsstructuur
Op internet werden tot 2013 via 7 websites kansspelen aangeboden, gericht op de Nederlandse markt. De websites waren in werkelijkheid van een in Nederland gevestigde besloten vennootschap, maar de ondernemingsstructuur was zo opgezet dat het leek alsof de spelen werden georganiseerd vanuit het buitenland door buitenlandse rechtspersonen.
Grootschalig onderzoek
Bij een grootschalig politieonderzoek in binnen- en buitenland werden grote hoeveelheden documenten en data in beslaggenomen. Een van de in beslaggenomen databases bevatte informatie over de 7 websites die betrokken zijn bij de zaak. Daaruit bleek dat voor de websites in Nederland geen kansspelbelasting werd voldaan.
Naheffingsaanslag
Aan de hand van die financiële gegevens legde de fiscus een naheffingsaanslag van 13,5 miljoen euro op. De rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelde eerder al dat de Nederlandse BV de organisator van de kansspelen was en niet een buitenlandse vennootschap. De rechtbank liet de naheffingsaanslag in stand. De BV ging tegen die beslissing in hoger beroep en bestreed dat zij de organisator van de kansspelen was. Ook werd in hoger beroep de hoogte van de naheffingsaanslag bestreden.
Beslissing van het hof
De Belastingdienst heeft naar het oordeel van het hof voldoende aannemelijk gemaakt dat de Nederlandse BV de daadwerkelijke beslissingen nam over de organisatie van de via de goksites aangeboden kansspelen. Daarnaast spreekt het hof uit dat de naheffingsaanslag niet te hoog is vastgesteld. De Nederlandse BV moet daarom alsnog de volledige naheffingsaanslag naar de fiscus overmaken.