Vakantiegangers die hebben geboekt bij D-reizen krijgen vanwege een zeer hoge vordering van de fiscus op de failliete reisorganisatie waarschijnlijk niets terug van hun geld. Die vordering is vooral zo hoog vanwege het uitstel van betaling op lopende belastingen dat vanaf maart 2020 is verleend. Dat blijkt uit het eerste faillissementsverslag van de curatoren.
Curatoren mr K.J. Willemse en mr A.J. Tekstra schrijven in hun eerste verslag: ‘Er zal waarschijnlijk geen uitkering aan de concurrente crediteuren kunnen plaatsvinden, met name vanwege de zeer hoge vordering van de fiscus die vanaf maart 2020 uitstel van betaling op lopende belastingen heeft verleend.’ De Belastingdienst heeft als preferente crediteur bij een faillissement voorrang op klanten met hun concurrente vorderingen.
‘Passagiers grootste verliezers’
Het bedrijf EUclaim onderzoekt momenteel de gevolgen van het faillissement van D-reizen voor de mensen die een reis hebben geboekt via het voormalige reisbureau. “De Belastingdienst zal als eerste iets ontvangen, wat vanwege het uitstel van belastingbetaling tot in de miljoenen zal lopen. Vervolgens komen de touroperators en als laatste de passagiers die losse vliegtickets hebben geboekt. Zij zijn de grootste verliezers”, zegt Hendrik Noorderhaven van EUclaim tegen de NOS.
Faillissement
Moederbedrijf D-RT Groep B.V. van D-reizen werd op 6 april failliet verklaard bij de Rechtbank Noord-Holland. Op het moment van faillissement waren er 1077 werknemers in dienst, die bij 285 vestigingen werkten. Hoeveel klanten van D-reizen gedupeerd zijn is op dit moment nog niet bekend, schrijven de curatoren. Ook de hoogte van de vorderingen van Belastingdienst en UWV zijn nog niet helder.
Doorstart
Ook over een mogelijke doorstart van het concern, die wordt onderzocht, kunnen de curatoren nog niets melden: ‘Vanaf datum faillissement heeft zich een aantal geïnteresseerde partijen gemeld. Teneinde iedereen een gelijke kans te geven hebben curatoren een online biedingsproces ingericht. Aan geïnteresseerde partijen is onder het tekenen van een geheimhoudingsverklaring toegang verstrekt tot de ingerichte dataroom, met verzoek een indicatieve bieding uit te brengen. Omtrent het resultaat van het biedingsproces zal in een volgend verslag informatie en toelichting worden verstrekt.’