De familie Van den Broek van supermarkt Dirk heeft eind vorig jaar geweigerd om in te stemmen met een akkoord dat via de toen bijna ingevoerde Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) was vormgegeven. Daarmee had reisorganisatie D-reizen van een faillissement gered moeten worden. De familie had volgens het akkoord €1,3 miljoen teruggekregen van een openstaande lening van ruim €5,6 miljoen, maar stemde daar niet mee in.
De rechtbank Amsterdam bepaalde vervolgens in december vorig jaar in kort geding dat het akkoord dat moederbedrijf D-rt van D-reizen had gesloten met de meeste schuldeisers niet voldoet aan de vereisten van de WHOA, blijkt uit het onlangs gepubliceerde vonnis. Dat leidde uiteindelijk in april van dit jaar tot het faillissement van de bekende reisorganisatie. De curator maakte onlangs bekend dat particuliere schuldeisers – veelal vakantiegangers – waarschijnlijk naar hun geld kunnen fluiten, omdat de Belastingdienst nog een flink bedrag uit heeft staan bij D-rt.
WHOA-achtig akkoord
De familie Van den Broek stond niet alleen aan de wieg van supermarktketen Dirk, maar was ook oprichter van D-reizen. De stichting Uniconsult beheert (een deel van) het vermogen van de familie en had in totaal ruim € 12 miljoen uitgeleend aan D-rt. Van die lening was eind vorig jaar nog ruim € 5,6 miljoen niet terugbetaald. Op 9 november 2020 bood D-rt een onderhands akkoord aan bij Uniconsult en twee andere grote schuldeisers. Uniconsult zou daarbij € 1,3 miljoen betaald krijgen, naar de rest van de openstaande lening zou de familie dan kunnen fluiten. Omdat op 1 januari 2021 de WHOA in werking zou treden, was het akkoord vormgegeven langs de lijnen en waarborgen van de WHOA. De andere twee schuldeisers gingen akkoord met het voorstel, maar Uniconsult liet op 17 november 2020 weten er niet mee in te stemmen.
Kort geding: slechte verhoudingen
Daarop spande D-rt een kort geding aan over het akkoord tegen de stichting van de vermogende supermarktfamilie. De voorzieningenrechter constateerde dat de verhouding tussen de familie Van den Broek enerzijds en de andere bij het akkoord betrokken partijen slecht is te noemen. Iemand van Uniconsult was in juni 2020 teruggetreden als commissaris van D-rt. Enige dagen later heeft Uniconsult conservatoir beslag gelegd ten laste van D-rt voor de terugbetaling van haar geldlening. Dit beslag heeft Uniconsult al snel opgeheven. Sindsdien hebben partijen geprobeerd om tot afspraken te komen over de lening van Uniconsult aan D-rt, maar daarin slaagden ze niet.
Uniconsult: akkoord voldoet niet aan vereisten
Uniconsult voert bij de voorzieningenrechter onder meer aan dat het akkoord niet in haar belang is, niet voldoet aan de vereisten van de WHOA en ook niet aan de bestaande in de rechtspraak ontwikkelde voorwaarden. De stichting voert in hoofdzaak aan dat in het akkoord van haar offers worden gevraagd die zij niet hoeft te brengen en dat zij niet voldoende informatie heeft ontvangen om te kunnen beslissen of haar positie met het akkoord beter is dan zonder en of zij instemt met het akkoord. Het Akkoord blijkt volgens de stichting niet bedoeld om de financiële problemen bij D-rt op te lossen, maar om een management buy-out te faciliteren waardoor de grootaandeelhouder van D-rt en D-rt Group de band met D-rt kunnen doorsnijden. Daarvoor is een dergelijk akkoord niet bedoeld. Bovendien zou onder het akkoord D-rt Group als aandeelhouder een uitkering krijgen, terwijl Uniconsult niet eerst wordt voldaan.
Belangenafweging
De voorzieningenrechter moet vervolgens de belangen van beide partijen tegen elkaar afwegen en geeft Uniconsult gelijk. De stichting heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat het akkoord niet voldoet aan de vereisten van de WHOA. Dit maakt dat Uniconsult terecht aanvoert dat de spoedige invoering van de WHOA niet aan haar weigering om met het akkoord in te stemmen in de weg staat.