Gemeenten hebben vorig jaar meer geld overgehouden dan in 2021. Ze waren weliswaar meer kwijt aan energietoeslagen en de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne, maar de inkomsten stegen ook door hogere bijdragen van het Rijk.
Het positieve saldo bedroeg ruim 3,7 miljard euro, berekende het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In 2021 kwam er bij gemeenten zo’n 1,8 miljard euro meer binnen dan dat ze uitgaven.
De Rijksoverheid keerde via het gemeentefonds ruim 40 miljard euro uit aan gemeenten, bijna 5 miljard euro meer dan in 2021. Dat had veel te maken met de energietoeslag die huishoudens met lagere inkomens helpt bij het betalen van de gas- en elektriciteitsrekening. Gemeenten verstrekten die toeslagen en kregen daar via het gemeentefonds geld voor van het Rijk.
Ook de eigen uitgaven van het Rijk waren van invloed op het gemeentefonds, dat goed is voor meer dan de helft van de gemeentelijk inkomsten. De hoeveelheid geld in dat fonds beweegt mee met de rijksuitgaven en die liepen vorig jaar ook hard op.
Gemeenten haalden ook meer op met belastingen en heffingen. Volgens het CBS stegen onder andere de baten uit de belastingen voor huizenbezitters (ozb), parkeergeld en de toeristenbelasting. In totaal ging het om 11,8 miljard euro aan heffingsopbrengsten, 400 miljoen euro meer dan een jaar eerder.
De afgelopen jaren leven bij gemeenten veel zorgen over de financiering in 2026 en de jaren daarna. Dan wordt het gemeentefonds namelijk gekort. Ook wordt de omvang van het fonds dan niet langer gekoppeld aan de Rijksuitgaven, maar aan de omvang van de economie.