Buitenlandse multinationals hebben in het laatste kwartaal van vorig jaar ruim € 300 miljard aan ‘doorstroomactiviteiten’ vanuit Nederland naar het buitenland verplaatst. Deze verplaatsingen duiden op aanpassingen van bedrijfsstructuren. Dit is mogelijk het gevolg van de invoering van een minimumbelasting dit jaar voor die internationale ondernemingen, meldt De Nederlandsche Bank (DNB).
Afname doorstroomactiviteiten
Nederlandse financiële holdings en bedrijven rapporteerden in het vierde kwartaal van 2023 relatief veel negatieve directe investeringstransacties. Bij dit soort transacties worden bijvoorbeeld investeringen ongedaan gemaakt of leningen tussen bedrijfsonderdelen afgelost. De totale waarde van deze transacties was ongeveer € -310 miljard, blijkt uit cijfers van DNB. Het grootste deel van deze transacties vond plaats bij Nederlandse financiële holdings en zogenoemde special purpose entities, die veelal onderdeel zijn van de concernstructuur van multinationals. De totale omvang van deze sectoren nam hierdoor met ongeveer 8% af.
Dit soort transacties kan duiden op aanpassingen in de internationale bedrijfsstructuur van multinationals. Aangezien zowel de activa (bezittingen) als de passiva (schulden) uit Nederland werden verplaatst, is het aannemelijk dat de gerapporteerde transacties met name betrekking hebben op bedrijfsonderdelen die gebruikt worden voor doorstroomactiviteiten.
Minimumbelasting
Eén mogelijke verklaring voor de negatieve directe investeringen is de invoering van de wereldwijde minimumbelasting van 15% op de winsten van multinationals. Deze belastingregel, die sinds dit jaar door zo’n 140 landen is ingevoerd, kan ondernemingen ertoe aanzetten om hun internationale bedrijfsstructuren te herzien.
Bron: DNB