SEO onderzocht het effect van fiscale ondernemerschapsregelingen voor IB-ondernemers en concludeert over het algemeen dat die ‘(zeer) beperkt doeltreffend zijn in relatie tot hun overkoepelende doel: het realiseren van maatschappelijke spill-overs via het stimuleren van ondernemerschap.’ De zelfstandigenaftrek en mkb-winstvrijstelling worden gekwalificeerd als ‘grote ongerichte instrumenten, waardoor het risico op verspilling op de loer ligt.’ Regelingen die zich richten op andere beleidsdoelen scoren beter op zowel doeltreffendheid als doelmatigheid.
Staatssecretaris Van Rij heeft het rapport donderdag naar de Tweede Kamer gestuurd. De maatschappelijke spill-over waar SEO, dat het onderzoek samen met Dialogic deed, het over heeft, is het effect dat de maatschappelijke waarde die wordt gegenereerd met ondernemingsactiviteiten hoger is dan de directe beloning voor de ondernemer zelf. Voorbeelden daarvan zijn extra werkgelegenheid, kapitaalinvesteringen en innovatie.
Meewerk- en stakingsaftrek dienen geen doel
SEO mist een actueel doel bij de meewerkaftrek en stakingsaftrek. ‘De stakingsaftrek kent geen legitiem doel. ‘Het verzachten van belastingheffing over de stakingswinst’ is immers een definitie van de regeling
zelf en zegt niet zozeer iets over een beoogde uitkomst. Voor de meewerkaftrek is het doel achterhaald en niet meer legitiem. Tijdens de totstandkoming van de regeling was het voor een IB-ondernemer niet toegestaan om zijn of haar partner in dienst te nemen. Tegenwoordig is dit wel mogelijk, waardoor het doel zijn legitimiteit heeft verloren.’
IB-ondernemer nauwelijks innovatief
Afschaffing van de zelfstandigenaftrek of mkb-winstvrijstelling zou voor maximaal één op de twaalf IB-ondernemers reden zijn om te stoppen en een baan in loondienst te kiezen, zo concludeert SEO. Het bureau stelt dat minder dan 20 procent van de ondernemers voldoet aan de beoogde doelen. ‘Hierin zijn de doelen geoperationaliseerd als: werkgelegenheid, investeringen (op basis van gebruik van de kleinschalige investeringsaftrek) en innovatie (op basis van gebruik van de WBSO). Hiernaast valt op dat ondernemers volgens de gehanteerde definitie nauwelijks innovatief zijn.’
Dat de fiscale regelingen weinig bijdragen aan werkgelegenheid, kapitaalinvesteringen en innovatie heeft ermee te maken dat steeds meer IB-ondernemers alleen eigen arbeid aanbieden. ‘Zij zijn minder vaak
geneigd om te investeren in werkgelegenheid, kapitaal of innovatie. Hiernaast laten de uitkomsten uit de vragenlijst zien dat IB-ondernemers in beperkte mate zouden reageren op het afschaffen van de zelfstandigenaftrek of de mkb-winstvrijstelling.’
Verspillingsrisico
De mkb-winstvrijstelling bevordert wel fiscale neutraliteit tussen IB-ondernemers en dga’s, maar over het algemeen ziet SEO maar weinig meerwaarde in de vrijstelling en de zelfstandigenaftrek. ‘De zelfstandigenaftrek en mkb-winstvrijstelling zijn grote ongerichte instrumenten, waardoor het risico op verspilling op de loer ligt. Met name voor de zelfstandigenaftrek is dit risico groot, omdat dit instrument laag scoort op doeltreffendheid. Voor de mkb-winstvrijstelling is het risico iets minder groot,
omdat de doeltreffendheid met betrekking tot het doel ‘realiseren van een globaal evenwicht tussen IB-ondernemers en dga’s’ relatief groot is. Voor de kleinere fiscale ondernemerschapsregelingen is het risico op verspilling van middelen minder groot. Deze regelingen hebben niet alleen een kleiner budgettair beslag, maar zijn ook veel sterker gericht op specifieke doelgroepen.’
Balans verstoord
De fiscale ondernemersregelingen zorgen ervoor dat er meer mensen voor ondernemerschap kiezen, waardoor de balans tussen werknemerschap en ondernemerschap wordt verstoord, aldus SEO. Een ander negatief bijeffect is dat zij zich vaak niet voldoende tegen arbeidsongeschiktheid verzekeren en te weinig sparen voor hun pensioen. ‘Door te concurreren op arbeidsvoorwaarden kunnen IB-ondernemers een groter deel van de markt naar zich toe trekken, waardoor het aandeel IB-ondernemers in de beroepsbevolking stijgt. Bovendien kan het niet deelnemen aan werknemersverzekeringen de solidariteit in de sociale zekerheid (minder risicodeling) aantasten.’
In positieve zin versterkt IB-ondernemerschap het aanpassingsvermogen van de economie en biedt het de mogelijkheid voor ‘outsiders’ op de arbeidsmarkt om toe te treden. ‘Anderzijds is de vraag gerechtvaardigd of de flexibiliteit niet te eenzijdig bij een beperkte groep wordt neergelegd.’
Afschaffing bij negatieve evaluatie
Van Rij merkt in zijn begeleidende brief op dat volgens de huidige begrotingsregels een regeling wordt afgeschaft of versoberd voor zover deze negatief is geëvalueerd. ‘Indien het de wens van het kabinet is om bij een dergelijke (negatieve) evaluatie een fiscale regeling in stand te houden, dient het kabinet hier in een kabinetsreactie aan de Kamer expliciet op in te gaan.’ Maar dat is aan de nieuwe regering, aldus de staatssecretaris