Staatssecretaris Wiebes van Financiën ziet geen reden de regeling restschuld te verlengen nu de woningmarkt zich sterker dan verwacht heeft hersteld. Dat zegt de staatssecretaris in zijn antwoorden op Kamervragen van de CDA-leden Ronnes en Omtzigt.
De restschuldregeling is als crisismaatregel in 2012 ingevoerd. De maatregel had tot doel de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen. Personen met een hypotheek die onder water stond konden door de tijdelijke aftrekbaarheid (maximaal 15 jaar) van de rente en kosten op de bij verkoop van die woning resterende schuld in staat worden gesteld te verhuizen. De regeling loopt op 31 december 2017 af.
Fiscale derving
De Vereniging Eigen Huis (VEH) heeft in een brief aan de minister van Financiën en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangegeven dat het herstel op de woningmarkt nog lang niet overal merkbaar is en dat het huis van 340 000 mensen nog ‘onder water’ staat. De VEH wil de restschuldregeling na 31 december 20017 continueren.Wiebes is dit niet van plan. Hij geeft in zijn antwoorden aan dat de woningmarkt zich sterker heeft hersteld dan voorzien. Niet alleen het aantal transacties is fors gestegen, ook de huizenprijzen vertonen weer een stijging. Ook stijgen de prijzen in alle provincies. De staatssecretaris verwacht dat het aantal onderwaterhypotheken verder zal dalen als gevolg van de stijgende huizenprijzen en de woningmarktmaatregelen van de afgelopen jaren. Zowel het aantal restschulden als de omvang daarvan zullen daardoor ook verder dalen, aldus Wiebes. Hij ziet dan ook geen aanleiding om de regeling te verlengen. Niet in de laatste plaats, omdat dit een fiscale derving als gevolg heeft.