Een uitspraak van rechtbank Limburg heeft er toe geleid dat een stemming van de Tweede kamer over een wetsvoorstel dat een einde maakt aan het afkopen van kleine pensioenen, met een week is opgeschort.
Het pensioenfonds van petrochemiebedrijf Sabic mocht van de rechter de pensioenleeftijd van 65 naar 67 jaar niet verhogen zonder uitdrukkelijke toestemming van de deelnemers. De kantonrechter verklaarde de door het pensioenfonds doorgevoerde waardeoverdracht nietig. Aantasten van de pensioenrechten kan op grond van artikel 83 Pensioenwet alleen als de deelnemer hier geen bezwaar tegen maakt.
Twee regelingen
De rechtszaak tegen het fonds van petrochemiebedrijf Sabic komt voort uit een verandering van de fiscale spelregels voor pensioen in 2014. Sindsdien moeten pensioenfondsen rekenen met een pensioenleeftijd van 67 in plaats van 65 jaar. Daardoor kregen pensioenfondsen twee regelingen in de boeken: een voor de rechten die al waren opgebouwd door deelnemers en ingingen op hun 65ste verjaardag, en één met nieuwe rechten die ingaan op 67-jarige leeftijd. Bij onder meer ambtenarenpensioenfonds ABP is dat het geval. De Kamer wil daarom een brief van de minister over de gevolgen van de uitspraak in de Sabic-zaak.
Gevolgen uitspraak
De Tweede Kamer wil eerst een reactie van minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken (foto) op de uitspraak. In het wetsvoorstel waar de Kamer dinsdag over zou stemmen, is zo’n verhoging pensioenfondsen wel toegestaan. Er zijn meer pensioenfondsen die zonder instemming van hun deelnemers de pensioenleeftijd verhogen. De Kamer wil van minister Koolmees weten wat de gevolgen zijn van de uitspraak in de zaak Sabic. Twee regelingen hanteren brengt veel administratieve lasten mee voor fondsen. Sabic zette daarom alle rechten om naar 67 jaar en stond daarin niet alleen. DNB en staatssecretaris Klijnsma hebben eerder tegen pensioenfondsen gezegd dat het wel mocht. Daar is nog wel een wetswijziging voor nodig.
Later in werking
Koolmees schrijft de Tweede Kamer dat het onderdeel ‘heel klein pensioen’ van het wetsvoorstel later in werking zal treden, op 1 januari 2019. Op die manier is er voldoende tijd voor een eenmalige ‘opschoonactie’ bij pensioenuitvoerders. In de periode tot 1 januari 2019 kunnen deelnemers gebruikmaken van de mogelijkheid van individuele waardeoverdracht en pensioenuitvoerders van het recht op afkoop. De deelnemers kunnen hierop gewezen worden door de overheid en pensioenuitvoerders. Dit kan in de vorm van een algemene campagne of op de persoon toegesneden informatieverstrekking. Nadere afspraken maken met de pensioensector volgen.