Fiscalisten en ondernemers voelen zich door de dinsdag gepubliceerde ‘policy brief’ van het Centraal Planbureau gesterkt in hun verzet tegen een voorgenomen belastingverhoging voor directeuren-grootaandeelhouders.
Dat voorstel staat in het regeerakkoord, maar volgens het CPB werkt zo’n maatregel verstorend op de beslissing van DGA’s om al dan niet winst uit te keren vanuit hun BV. Daarmee dreigt het planbureau korte metten te maken met de maatregel. DGA’s zullen winstuitkeringen uitstellen, voorspelt het CPB en dat kost de schatkist geld. Om uitstel van winstuitkering te voorkomen kan het kabinet de mogelijkheden daarvoor beperken, aldus het Planbureau. Een alternatieve optie is invoering van een progressief belastingtarief in box 2, stelt het CPB.
Oproep RB
Werkgeversvertegenwoordigers zijn mordicus tegen de beoogde verhoging van 25% naar 28,5%. Het Register Belastingadviseurs denkt dat de beroepsvereniging met de uitkomsten van het CPB-onderzoek gelijk krijgt in haar oproep om af te zien van de belastingverhoging voor DGA’s. Tegenover de belastingverhoging voor DGA’s staat een verlaging van de vennootschapsbelasting, van 25% naar 21% en van 20% naar 16% over de eerste €200.000 winst. De verhoging van het tarief in box 2 van de inkomstenbelasting is volgens het kabinet nodig om te voorkomen dat IB-ondernemers die nu nog belasting betalen in box 1, uit fiscale overwegingen voor een BV kiezen.
Geen reden
Het onderzoek van het CPB schopt de argumenten die het kabinet aandraagt voor de verhoging onderuit. Er is volgens het planbureau helemaal geen reden om aan te nemen dat ondernemers om fiscale redenen switchen van rechtsvorm als de belastingverhoging achterwege blijft. Het kabinet vreest een vlucht in BV’s. Maar volgens het CPB laten ondernemers zich bij de keuze of verandering van rechtsvorm door meer factoren leiden dan alleen belastingdruk. En ze zijn ook nog eens ‘honkvast’ bij een eenmaal gekozen rechtsvorm