Een FIOD-ambtenaar die de belastingdienstsystemen raadpleegde om haar date en diens ouders na te trekken, heeft strafontslag gekregen. De Rechtbank Oost-Brabant zegt in haar uitspraak dat het ontslag terecht is; de opsporingsambtenaar heeft haar plicht verzuimd en haar geheimhoudingsplicht geschonden.
De FIOD-medewerkster had in aanloop naar een date de Belastingdienstsystemen geraadpleegd ‘om de persoon waarmee zij uitging en zijn ouders te controleren, omdat bij haar het vermoeden was gerezen dat deze persoon in fiscale zin niet zuiver op de graat was’. Ook had ze uit de school geklapt tegen haar date en verteld dat er tegen een andere persoon een opsporingsverzoek liep.
‘Geen nieuwsgierigheid’
De FIOD-medewerkster beweerde dat voor haar niet duidelijk was dat het ongeoorloofd was haar nieuwe vriendje en diens ouders te controleren. Ze zei dat haar enkel was meegedeeld dat het niet was toegestaan om uit nieuwsgierigheid een buurman te raadplegen in de systemen. Zij handelde niet uit nieuwsgierigheid, maar vanuit haar verantwoordelijkheidsgevoel voor haar werk, vond ze, omdat ze wilde voorkomen dat zij zou omgaan met iemand die ‘niet zuiver op de graat was’. De FIOD ziet dit als het raadplegen van de systemen met ‘niet-functionele doeleinden’ en ontsloeg haar.
Integriteit
De vrouw ging in beroep tegen haar ontslag. De rechtbank vindt het ontslag gezien ‘de aard van de functie van eiseres en de daarmee verband houdende eisen van integriteit, betrouwbaarheid en verantwoordelijkheid’ een niet onevenredige maatregel, gezien de aard van de functie van de vrouw en de daarmee verband houdende eisen van integriteit, betrouwbaarheid en verantwoordelijkheid. Dat eiseres voorafgaand aan het ontslag altijd goed heeft gefunctioneerd, maakt dit niet anders.