De vermogenspositie van middengroepen in Nederland heeft niet meer het niveau bereikt van voor de crisis in 2008 en 2009. Over 2016 kwam het doorsnee vermogen van huishoudens in Nederland uit op €22.100. In 2008 was dat nog €46.900. De sterker daling is vooral veroorzaakt door de gedaalde waarde van woningen. Met name voor de middengroepen is dit veruit de belangrijkste vermogenscategorie.
Dit blijkt nieuwe cijfers van het CBS.Ruim de helft van de Nederlandse huishoudens had in 2016 een eigen huis. Dat was goed voor meer dan de helft van het eigen vermogen. Het statistiekbureau rekent met een doorsnee vermogen in plaats van met het gemiddelde vermogen, omdat deze laatste maatstaf een vertekend beeld geeft door een paar zeer hoge uitschieters.
Rijken in Brabant
Het aantal miljonairs nam met 9000 toe tot 167.000. In Laren (Noord-Holland) was het doorsnee vermogen het grootst. Verder telt Noord-Brabant opvallend veel rijke dorpen. Zes van de tien rijkste gemeenten liggen in die provincie, onder meer Oirschot, Hilvarenbeek en Alphen-Chaam. Brabant telt relatief veel agrariërs, waarvan de grond, stallen en machines van agrariërs bij elkaar – op papier – veel waarde vertegenwoordigen. Een op de vijf werkende miljonairs is boer.
Randstad armer
In Rotterdam is het doorsnee vermogen met €1900 het laagst. Ook inwoners van Amsterdam, Den Haag en Utrecht hebben een klein vermogen. In grote steden wonen relatief veel mensen in de bijstand, jongeren en mensen met een niet-westerse migratieachtergrond die meestal weinig vermogen hebben opgebouwd.