Hoewel de lokale precariobelasting op ondergrondse leidingen en kavels vorig jaar juli is afgeschaft kunnen de meeste inwoners dit jaar nog een flinke stijging van de heffing verwachten. Gemeenten die in februari 2016 al precariobelasting hieven, mogen dat tot 2022 blijven doen. Dat levert dit jaar nog een gemiddelde stijging op van 33 procent voor de drinkwater- en netwerkbedrijven, becijfert onderzoekscentrum Coelo van de Rijksuniversiteit Groningen. Die bedrijven berekenen de heffing weer door aan klanten.
De NOS meldt op basis van het Coelo-onderzoek dat mensen door de doorberekening dit jaar gemiddeld 26 euro kwijt zijn aan precariobelasting. Een aantal gemeenten heeft de belasting nog vlak voor de afschaffing ingevoerd. Bedrijven mogen deze belasting pas na twee jaar doorrekenen aan de consument. Huishoudens blijven dus tot 2024 indirect betalen voor de gemeentelijke heffing.
Gat in de begroting
Sommige gemeenten halen nog miljoenen op met de precariobelasting. Onderzoekster Corine Houben van Coelo meldt aan de NOS te verwachten dat de rekening voor gas, water en elektra daardoor ook volgend jaar weer zal stijgen. “Als gemeenten niet langzaam gaan afbouwen, krijgen ze straks een gat in de begroting. Veel ruimte hebben gemeenten niet om zo’n gat te vullen. Hoogstwaarschijnlijk verhogen ze dan de ozb die weer door de inwoners wordt betaald”
Bron: NOS