Werkgevers kunnen niet langer met terugwerkende kracht in een andere sector worden ingedeeld om zo lagere WW-premies te betalen. Minister Koolmees (SZW) maakt per direct een einde aan het shoppen voor de laagste premieheffing.
Minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken) en staatssecretaris Menno Snel schaffen de sectorindeling in de premieheffing voor de WW af per 2020. De maatregelen in de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) zijn voor advies naar de Raad van State gestuurd. De maatregelen om de knelpunten met de sectorindeling in de premieheffing voor de WW, ZW en WGA aan te pakken gaan per direct in, om te voorkomen dat werkgevers nog gauw een aanvraag indienen voor herindeling met terugwerkende kracht, gesplitste aansluiting of concernaansluiting.
Shopgedrag
De hoogte van de WW-premie die werkgevers betalen wordt deels bepaald door de sector waarin ze zijn ingedeeld. Maar de indeling is gedateerd, naar de mening van het kabinet. Volgens de bewindslieden biedt de indeling daardoor nog maar beperkte prikkels aan werkgevers om werkloosheid te voorkomen. Daarnaast is het ‘shopgedrag’ van werkgevers tussen sectoren om zo laag mogelijke premies af te dragen, sterk toegenomen. Werkgevers switchen daarbij tussen sectoren om zo laag mogelijke premies af te dragen. Hierdoor is het aantal aanvragen tot herindeling en het aantal bezwaar-, beroeps- en cassatiezaken over indelingsbeslissingen gestegen tot ruim duizend per jaar. Koolmees stelt in een brief aan de Tweede Kamer dat dit een onverantwoord groot beslag legt op de Belastingdienst.
Vaste dienst
De maatregelen in de WAB moeten het voor werkgevers aantrekkelijker maken om mensen in vaste dienst te nemen. Het wordt goedkoper een vaste baan aan te bieden met een vast aantal uren in plaats van een tijdelijk contract, omdat ze dan een lager WW-premie gaan afdragen. Niet alleen de sectorindeling voor de WW-premie verdwijnt, later worden ook de indeling voor de sectorpremies voor de Ziektewet en de Werkhervattingsregeling voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten (Wga) afgeschaft. De sectorpremies werden altijd door het UWV vastgesteld. De hoogte van de sectorpremie is mede van invloed op de keuze voor het verzekeren van het WGA-risico via het UWV of voor eigenrisicodragerschap.
Belastingdienst
Nu wordt de hoogte van de WW-premie die werkgevers betalen nog deels bepaald door de sector waarin ze zijn ingedeeld. Dat werkt ‘shopgedrag’ in de hand. Werkgevers switchen daarbij tussen sectoren om zo laag mogelijke premies af te dragen. Hierdoor is het aantal aanvragen tot herindeling en het aantal bezwaar-, beroeps- en cassatiezaken over indelingsbeslissingen gestegen tot ruim duizend per jaar. Koolmees stelt in een brief aan de Tweede Kamer dat dit een onverantwoord groot beslag legt op de Belastingdienst.
Resumerend zijn deze maatregelen zijn met terugwerkende kracht (per 29 juni 20180 ingegaan:
- Wijzigingen in de sectorindeling op verzoek van de werkgever zijn niet meer mogelijk met terugwerkende kracht.
Tot op heden konden werkgevers een verzoek indienen om met terugwerkende kracht (maximaal vijf jaar) te worden ingedeeld in een andere sector. Het was ook mogelijk om over die periode betaalde premies terug te krijgen. Dit kan nu niet meer. De sectorindeling kan uitsluitend nog veranderd worden per datum in de toekomst. Als werkgevers door een verkeerde indeling te weinig premies hebben betaald, kan de Belastingdienst de indeling wel met terugwerkende kracht veranderen. - Gesplitste aansluitingen niet meer mogelijk voor nieuwe gevallen.
- Concernaansluitingen en aansluitingen van nevenbedrijven en neveninstellingen zijn niet meer mogelijk voor nieuwe gevallen.