Staatssecretaris Snel ziet niets in een voorstel om elektrische auto’s vanaf 5 jaar in aanmerking te laten komen voor de youngtimerregeling. Dat bevordert maar beperkt het behoud van deze auto’s voor de Nederlandse markt en kost bovendien veel geld, schrijft hij aan de Tweede Kamer.
De vaste Kamercommissie voor Financiën had gevraagd of de youngtimerregeling van toepassing kon worden op auto’s zonder uitstoot van 5 jaar en ouder. Dat zou kunnen worden betaald door de youngtimerregeling voor bezine- en dieselauto’s vanaf 15 jaar aan te scherpen. Nu geldt voor zakelijke auto’s ouder dan 15 jaar een fiscale bijtelling voor privégebruik van 35% van de actuele waarde. ‘Er is geen fiscaal voordeel beoogd met het voor de youngtimer uitgaan van de grondslag van de waarde in het economische verkeer. De youngtimerregeling heeft twee doelen. Het eerste doel is om rekening te houden met een geringer genoten voordeel als er een oudere en daardoor meer afgeschreven auto ter beschikking wordt gesteld. Het tweede doel is om rekening te houden met de situatie dat er auto ter beschikking wordt gesteld die oorspronkelijk een relatief lage cataloguswaarde had maar die nu in optimale staat verkeert en zeer exclusief is, denk hierbij aan in goede staat verkerende klassiekers. Aanpassing van de bijtelling is alleen te verdedigen als blijkt dat de huidige wijze van bijtelling gemiddeld genomen niet (langer) overeenkomt met het genoten privévoordeel’, legt Snel uit.
Export beperken
Voor alle elektrische auto’s geldt een verlaging van het bijtellingspercentage met 18%, tot maximaal € 9.000. ‘Deze verlaging geldt ook voor elektrische youngtimers. Hierbij merk ik op dat er op dit moment nog geen elektrische auto’s zijn die meer dan 15 jaar geleden in gebruik zijn genomen en daardoor worden die auto’s ook nog niet ter beschikking gesteld.’ Reden van de vraag was dat elektrische auto’s na 5 jaar nogal eens worden geëxporteerd. Verlaging van de leeftijdsgrens van de youngtimerregeling zou die export beperken. Maar Snel aarzelt. Volgens hem is inmiddels 23% van de elektrische auto’s die in 2013 in Nederland werden aangeschaft, geëxporteerd. ‘Als elektrische auto’s na afloop van het leasecontract worden geëxporteerd komen deze auto’s niet beschikbaar voor de particuliere markt. Overigens is dat met name het geval met elektrische auto’s uit het duurdere segment. De goedkopere elektrische auto’s vinden doorgaans hun weg naar de particuliere markt en er is zelfs sprake van import van gebruikte goedkopere elektrische auto’s.’
Geen effect op particuliere markt
Snel vindt dat de voorgestelde wijziging geen direct effect heeft op de particuliere markt, terwijl de gebruikte auto’s daar juist hun weg naar moeten vinden. ‘Daarnaast kan de voorgestelde maatregel alleen effect hebben op de binnenlandse markt terwijl de export een gevolg is van zowel de binnenlandse als de buitenlandse markt. Samenvattend, de reikwijdte van de voorgestelde maatregel leidt ertoe dat die ook van toepassing is op auto’s waarvan geen sprake is van een hoge mate van export en heeft geen invloed op de particuliere markt of de buitenlandse markt.’ Bovendien is begin dit jaar de korting van de bijtelling voor elektrische auto’s in verband met overstimulering juist beperkt. ‘Toepassing van de youngtimerregeling leidt ertoe dat de beperking van de korting op de bijtelling tot € 9000 die gevolgen heeft voor elektrische auto’s met een catalogusprijs van meer dan € 50 000, vrijwel teniet wordt gedaan.’
Regeling niet betaalbaar
Als de voorgestelde regeling aanslaat, is aanscherping van de de youngtimerregeling voor niet-elektrische auto’s niet genoeg om de kosten te dekken, aldus Snel. ‘Zoals hiervoor al gezegd zijn de grondslag van de bijtelling en het bijtellingspercentage een forfaitaire benadering van het te belasten voordeel in de vorm van loon in natura. Een aanpassing van de grondslag en het percentage kan alleen aan de orde zijn indien blijkt dat deze forfaitaire benadering niet juist blijkt te zijn. Bovendien is het totale gebruik van de youngtimerregeling te gering om dekking voor deze budgettaire gevolgen te kunnen vinden.’ Snel ziet daarom niets in het voorstel. Hij wijst er wel op dat het kabinet een regeling uitwerkt voor het vergoeden van laadtegoed, aanschafsubsidie of een batterijgarantie. ‘Hiermee komt een tweedehands elektrische auto sneller in beeld voor particulieren. Naar mijn mening komt het kabinet met deze plannen tegemoet aan de wens van de leden Bruins en Van Weyenberg om elektrische auto’s van 5 jaar en ouder te behouden voor het Nederlandse wagenpark.’