Staatssecretaris Vijlbrief (Financiën) tornt niet aan de opzet van de BPM, zo schrijft hij aan de Tweede Kamer. Wel zal de RDW alle geïmporteerde en via een rapport getaxeerde gebruikte auto’s in de toekomst fysiek gaan toetsen.
De vaste commissie voor Financiën had vragen gesteld over knelpunten bij het berekenen van de BPM bij de import van gebruikte voertuigen. Maar gezien de beperkte omvang van die groep is het niet de bedoeling dat de huidige opzet van de BPM op de schop gaat, zoals VVD-leden hadden gevraagd. ‘De BPM is in opzet een eenmalige belasting ter zake van de registratie van het voertuig in het kentekenregister. Ieder voertuig komt slechts eenmaal in aanraking met de BPM. De knelpunten in de BPM doen zich voor bij ongeveer 3% van de jaarlijkse handel in voertuigen.’
Import occasions 8% van de markt
Driekwart van de handel betreft occasions, waar geen BPM aan te pas komt. 17% van de markt betreft nieuwe voertuigen, waar de BPM-heffing vrijwel zonder problemen plaatsvindt. Geïmporteerde occasions maken 8% van de markt uit. Bij 3% van de totale markt gaat het om import-occasions waarbij gebruik wordt gemaakt van een individueel taxatierapport om de afschrijving te bepalen. En op dat punt is fysiek toezicht wenselijk, aldus Vijlbrief.
Andere opzet
Er is wel gekeken naar een andere opzet, waarbij de BPM verschuldigd is bij iedere tenaamstelling in het kentekenregister. ‘Dus ook bij de binnenlandse handel in occasions (overschrijving in het kentekenregister). Een nadeel hiervan is dat veel meer transacties onder de heffing van BPM zouden komen te vallen. In plaats van de huidige 0,6 miljoen nieuwe registraties per jaar vallen dan alle 2,5 miljoen handelstransacties per jaar onder de heffing. Daarbij wordt de groep belastingplichtigen voor de BPM aanzienlijk uitgebreid.’ Daar kiest Vijlbrief niet voor, ook omdat een fundamentele aanpassing pas op de lange termijn tot resultaat kan leiden.
Fysieke toetsing
In plaats daarvan versterkt hij het toezicht op de parallelimport. ‘Dit wil ik doen door de RDW de BPM-aangifte te laten toetsen tegen het fysieke voertuig zoals dat voor de registratie in het kentekenregister wordt aangeboden. Daarmee kunnen (evidente) misstanden bij de taxatie van gebruikte voertuigen snel worden gedetecteerd, zonder dat de huidige opzet van de BPM wordt verlaten. In geval van positieve uitvoeringstoetsen van de betrokken uitvoeringsorganisaties, zal ik hiervoor een wetsvoorstel voorbereiden.’
Bron: Kamerbrief