De EU-landen hebben criteria afgesproken om platformwerkers zoals Uberchauffeurs en veel maaltijdbezorgers en huishoudhulpen te beschermen tegen schijnzelfstandigheid. Als ze er ook met het Europees Parlement uitkomen, kunnen de nieuwe regels mogelijk over een jaar of twee ingaan.
Sterke positie
Platformwerkers worden vaak onterecht als zelfstandigen aangemerkt. De door Europese ministers overeengekomen richtlijn zorgt ervoor dat ze als werknemer worden gekwalificeerd, als ze dat in de praktijk ook zijn. Ook komen er duidelijkere regels over het gebruik van algoritmes in de platformeconomie. Koeriers kunnen bijvoorbeeld niet meer zomaar worden uitgesloten van een app. Ze krijgen altijd het recht om te weten waarom een algoritme ze uitsluit en kunnen daartegen in beroep. Dit is een versterking van de positie van platformwerkers, waardoor ze beter worden beschermd.
Nederland ziet al langer die schaduwkant van platformwerk, maar staakte eigen plannen om daar wat aan te doen in de hoop op Europese regels. Die zijn met het akkoord dat de verantwoordelijke ministers van de EU-landen maandag in Luxemburg bereikten een stuk dichterbij. Nederland en Spanje voerden samen een groep landen aan die hamerde op strengere regels, waar Frankrijk en Polen juist op de rem stonden.
‘Belangrijke stap vooruit’
Minister Van Gennip: “Dit akkoord is een belangrijke stap vooruit voor platformwerkers. Veel van hen zien zich genoodzaakt te werken als zzp’er, terwijl ze eigenlijk werknemer zijn. Daardoor missen ze de bescherming waar ze recht op hebben. Nederland heeft daarom ingezet op een akkoord dat schijnzelfstandigheid tegengaat en platformwerkers meer controle geeft over de algoritmes die hun werk bepalen. Hiermee zorgen we in heel Europa voor een betere balans tussen de duurzame ontwikkeling van platformbedrijven en de bescherming van werknemers.”
Bewijslast bij platform
Een platformwerker die aan drie van zeven kenmerken van een werknemer voldoet, is dat volgens de ministers voortaan ook. Als het platform het daar niet mee eens is, moet het dat maar bewijzen. Criteria zijn bijvoorbeeld dat een platform gedragsregels oplegt of niet accepteert dat een werker bedankt voor een klus.
Van Gennip en haar 26 collega’s zijn het niet alleen eens geworden over criteria om echte zzp’ers te onderscheiden van schijnzelfstandigen. Ze zetten er ook samen op in dat platformwerkers meer greep krijgen op de algoritmes van de app waar ze mee werken. Een platform mag een werker niet meer zomaar uitsluiten van de app, en dus van zijn of haar broodwinning. Het moet uitleggen waarom dat gebeurt en de gedupeerde moet daartegen in beroep kunnen.
(Rijksoverheid/ANP)