Nederland moet betere afspraken maken over het heffen van belasting bij mensen die vanuit huis voor bedrijven over de grens werken, vinden de Euregio Maas-Rijn en het grensinfopunt Aken-Euroode. De grensregio’s hebben een brief gestuurd aan de ministers van Financiën in Duitsland, België en Nederland. Met die afspraken moet werken over de grens aantrekkelijk blijven.
Hoewel de coronabeperkingen alweer even achter ons liggen, was het aantal kilometers woon-werkverkeer vorig jaar 22 procent minder dan voor de crisis. Op Europees niveau zijn daarom afspraken gemaakt om grensoverschrijdende thuiswerkende werknemers te beschermen tegen nadelen van het werken over de grens. Alleen zijn er nog steeds geen duurzame afspraken, schrijven de grensregio’s, die zeggen gesteund te worden door andere grensregio’s, grensinfopunten en ‘vele andere actoren op de grensoverschrijdende arbeidsmarkt’.
Verzwakte positie
De Limburgse grensregio pleit voor fiscale afspraken tussen landen onderling om zo dubbele belastingen te voorkomen. ‘Door het gebrek aan regelingen voor belastingen ontstaat de situatie dat vergelijkbare omstandigheden in verschillende grensregio’s tot fundamenteel verschillende belastingen kunnen leiden. Dit verzwakt de positie van werknemers en maakt het werken over de grens minder aantrekkelijk.’
Uitzonderingen die vanwege de pandemie zijn gemaakt, zijn inmiddels niet meer van kracht. Voor de sociale zekerheid is er nu een overeenkomst die door verschillende EU-staten zal worden ondertekend, aldus de regio’s in hun brief. ‘Onder bepaalde
voorwaarden zou het dan mogelijk moeten zijn om thuiswerk tot 50 procent toe te staan zonder dat er een verandering van de bevoegde staat plaatsvindt.’
Onzekerheid over vaste inrichting
Er heerst met name onzekerheid onder bedrijven over de vorming van een vaste inrichting in de woonplaats van de werknemer in het buitenland, geven de euregio’s aan. ‘Dit kan fiscale gevolgen hebben die bedrijven op dit moment niet kunnen overzien. Voor werknemers is het gevolg vaak dat alles erg ingewikkeld wordt en ze belastingvoordelen verliezen – vaak zonder dat dit te voorzien was.’ Het voorstel is dat een bepaald percentage van het thuiskantoor niet mag leiden tot belastingoverdracht naar de woonstaat. ‘Zwitserland en Frankrijk zijn bijvoorbeeld in een protocol overeengekomen om 40 procent telewerk in de woonstaat buiten beschouwing te laten.’
Door juridische onduidelijkheid dreigt het gevaar dat bedrijven dat de toegang tot thuiswerken vanuit het woonland voor grenspendelaars en grensarbeiders gaan beperken of weigeren. ‘Er valt te vrezen voor ontevredenheid binnen het bedrijf en het verlies van werknemers. Bovendien is er de kwestie van discriminatie als gevolg van ongelijke behandeling van werknemers.’
De ministers wordt in de brief gevraagd om haalbare oplossingen voor grensarbeiders vanuit huis willen werken.