Nederland onderhandelt dit jaar met een aantal landen over (nieuwe) belastingverdragen. Er worden dit jaar onderhandelingen met 13 landen gestart of voortgezet, meldt het ministerie van Financiën. Afgelopen jaar zijn er 4 belastingverdragen ondertekend (waarvan 1 wijzigingsprotocol). Op dinsdag 12 maart is ook het ontwerpverdrag met Bangladesh ondertekend. Deze 5 verdragen zullen komend jaar aan de Tweede Kamer worden voorgelegd.
Onderhandelingen
In totaal wordt er dit jaar met 13 landen onderhandeld over een belastingverdrag. 3 van de landen zijn nieuw op deze lijst: Benin, Ecuador en Zweden. Nederland zet dit jaar de onderhandelingen voort met: Aruba, België, Brazilië, Duitsland, Marokko, Mozambique, Oeganda, Portugal, Roemenië en Suriname. Het ministerie van Buitenlandse Zaken publiceert ieder kwartaal een overzicht met de landen waarmee op dit moment onderhandelingen lopen.
Daarnaast zijn er onderhandelingen die zich in de zogenoemde afrondende fase bevinden. Deze onderhandelingen zijn op technisch niveau afgerond, maar deze belastingverdragen zijn nog niet in werking zijn getreden. Zo is het belastingverdrag met Colombia nog niet in werking getreden, omdat de goedkeuringsprocedure in Colombia nog niet is afgerond. De belastingregeling met Curaçao is momenteel in behandeling bij de Tweede Kamer.
Aandacht voor ontwikkelingslanden en tegengaan van belastingontwijking
Nederland vindt het belangrijk om bij het aangaan van belastingverdragen rekening te houden met de bijzondere positie van ontwikkelingslanden, meldt het ministerie. Bij het maken van afspraken met ontwikkelingslanden houdt Nederland er extra rekening mee dat deze landen voldoende belasting kunnen heffen over de activiteiten van Nederlandse bedrijven in het ontwikkelingsland. Ook kan Nederland ontwikkelingslanden technische assistentie verlenen om de capaciteit van belastingdiensten in deze landen te verbeteren.
In 2013 is Nederland daarom gestart met een project dat zich richtte op 23 ontwikkelingslanden. In de belastingverdragen die met deze landen worden gesloten, kent Nederland meer heffingsrechten toe aan de ontwikkelingslanden en kan er technische assistentie geboden worden. Daarnaast worden er antimisbruikbepalingen opgenomen in de belastingverdragen met deze landen. Deze antimisbruikbepalingen helpen om belastingontwijking tegen te gaan. De afgelopen tien jaar is er veel vooruitgang geboekt in dit project en is het Nederlandse verdragsbeleid voor ontwikkelingslanden verder ontwikkeld.
Nederland wil zich in de toekomst blijven inzetten voor ontwikkelingslanden. Om de impact van het ontwikkelingslandenproject te vergroten, is besloten het project te verbreden. Het project gaat daarom verder dan alleen het opnemen van antimisbruikbepalingen en richt zich niet langer exclusief op de 23 landen, maar ook op andere ontwikkelingslanden.
Verder is in internationaal verband steeds meer aandacht voor de bijzondere positie van ontwikkelingslanden. Met het oog op deze ontwikkelingen zal de visie op het verdragsbeleid voor ontwikkelingslanden samen met Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking verder worden uitgewerkt.
Informatie
Bedrijven en burgers die beschikken over fiscale informatie die van belang kan zijn voor de lopende of voorgenomen onderhandelingen worden uitgenodigd om schriftelijk contact op te nemen met het Ministerie van Financiën (Directie Verbruiksbelastingen, Douane en Internationale Aangelegenheden, Afdeling Internationale Aangelegenheden, Postbus 20201, 2500 EE Den Haag). Het ministerie kan die informatie vervolgens betrekken bij de onderhandelingen. Met het oog op de toekomst is informatie over problematiek van dubbele belastingen met andere landen dan hierboven genoemd ook welkom.