Dat concludeert professor Roberto Flören, hoogleraar familiebedrijven aan Nyenrode Business Universiteit, in een onderzoek dat hij uitvoerde in samenwerking met ING en NPM Capital. Volgens het onderzoek is ruim 65 procent van de familiebedrijven bereid een jaar verlies te nemen als dat innovatie bij het bedrijf stimuleert. Eigenaren van familiebedrijven steunen innovatiebeleid in hun onderneming meer dan de eigenaren van niet-familiebedrijven.
‘De uitkomsten ontkrachten de mythe dat familiebedrijven niet innovatief zouden zijn’, zegt Flören. De hoogleraar deed onderzoek onder vierhonderd bedrijven, zowel familie- als niet-familiebedrijven. Hiervoor werden onder meer de directeuren van de bedrijven geïnterviewd. Ruim 62 procent van alle familiebedrijven introduceerde in de laatste drie jaar een of meerdere nieuwe producten of diensten. Ook heeft bijna 72 procent de interne bedrijfsprocessen vernieuwd, aldus de onderzoekers.
Een bedreiging voor de innovatiekracht van familiebedrijven schuilt volgens Flören in het feit dat het bedrijf in hoge mate afhankelijk is van de luimen en voorkeuren van de oprichter. Ook het feit dat een groot deel van het familievermogen vastzit in het bedrijf speelt een rol. ‘Familiebedrijven hebben significant vaker onvoldoende financiële middelen om te innoveren’, beweert Flören. ‘Ruim 32 procent van deze bedrijven zou innovatiever zijn als ze meer financiële middelen ter beschikking zouden hebben.’
Voorsorteren
Bedrijfsopvolging is een belangrijk thema voor familiebedrijven en kan een bedreiging zijn voor het innovatieve vermogen, blijkt uit het onderzoek. Bij ruim 29 procent van alle familiebedrijven vreest de huidige directeur dat het innovatieve karakter van het bedrijf vermindert na zijn of haar vertrek. Dit percentage stijgt tot 38 voor de familiebedrijven waar de oprichter nog actief is. ‘Op deze reële dreiging moeten familiebedrijven dus vroegtijdig voorsorteren, en dat wordt in toenemende mate ook gedaan,’ stelt Roberto Flören. ‘Een groot gedeelte van de familiebedrijven ziet de bedrijfsopvolging namelijk als een kans om het innovatieve vermogen van het bedrijf juist te vergroten. Bijna 52 procent van de huidige directeuren stelt dat het voor de continuïteit van het familiebedrijf van groot belang is dat de nieuwe directeur innovatiever is dan de huidige,’ besluit Flören.