Het beleid van grote ondernemingen en instellingen in Nederland met betrekking tot de risico’s van omkoping, witwassen en fraude is op papier goed geregeld, constateert EY. In hoeverre die papieren werkelijkheid ook in de praktijk wordt uitgevoerd is niet onderzocht. De accountantsorganisatie heeft onderzoek gedaan naar het integriteitsbeleid in het bedrijfsleven en de publieke sector. De overwegend positieve resultaten uit het onderzoek worden deze vrijdag gepresenteerd tijdens een conferentie in het kader van de Week van de Integriteit.
Belangenconflicten
De bijna zestig respondenten in het EY-onderzoek noemen belangenconflicten als belangrijkste integriteitsrisico, gevolgd door sociaal onacceptabel gedrag, interne en externe fraude, en omkoping en corruptie. Het merendeel van de onderzochte private en publieke organisaties is internationaal actief.
Fraude
Van de respondenten zegt 85% te maken te hebben gehad met gevallen van fraude, corruptie of witwassen, of de verdenking hiervan. Voor financiële instellingen vallen hier ook meldingen van ongebruikelijke transacties onder. Gemiddeld doen zich per jaar 58 incidenten voor. Drie op de vier ondervraagden geeft aan dat er met fraude, corruptie en witwassen meer dan 25.000 euro per incident is gemoeid.
Evaluatie
Meer dan negen op de tien respondenten stelt dat integriteitsrisico’s in hun organisatie worden geëvalueerd. Ruim acht van de tien organisaties neemt maatregelen om de risico’s te beperken. Eenzelfde percentage zegt een integriteitstraining te hebben voor medewerkers.