Minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat heeft vrijdag gemeld welke maatregelen het kabinet wil nemen om te zorgen dat Nederland in 2030 de helft minder broeikasgassen uitstoot ten opzichte van 1990. In het Klimaatakkoord staan zo’n zeshonderd (deels fiscale) plannen waarmee dat moet gebeuren. Het volledige akkoord is HIER te downloaden.
Een overzicht van een aantal in het oog springende punten:
– Woningen: Belasting op gas stijgt stap voor stap met 10 cent per kubieke meter, terwijl dat eerst 20 cent zou worden. Heffing op elektriciteit gaat omlaag. Huishoudens hoeven minder mee te betalen aan subsidies voor duurzame energie, bedrijven moeten juist meer bijdragen.
– Verkeer: Stimuleren van elektrisch rijden. In 2030 zouden alle nieuw verkochte auto’s elektrisch moeten zijn. Kabinet werkt aan invoering rekeningrijden.
– Industrie: In 2021 wordt een CO2-belasting ingevoerd, maar bedrijven betalen pas als ze boven een bepaalde uitstoot komen. Opbrengst gaat naar subsidies voor duurzame industrie.
– Landbouw: Miljard euro voor verduurzaming van landbouw. Meer geld voor varkensboeren om in te krimpen of te stoppen.
– Elektriciteit: Meer duurzame energie, van windmolens bijvoorbeeld. Ook meer gebruik van waterstof.
Haalbaar
Het Klimaatakkoord is volgens het kabinet eerlijk en haalbaar. De regering neemt wel de tijd voor de plannen die vrijdag zijn gepresenteerd. ‘Maatregelen worden stap voor stap genomen.’ De belangrijkste plannen die moeten leiden tot een halvering van de CO2-uitstoot in 2030 waren de afgelopen week al uitgelekt.
Huishoudens worden volgens het kabinet zoveel mogelijk gespaard onder meer door verlaging van de belasting op de energierekening. Het bedrijfsleven gaat wat meer betalen onder meer door een ‘’verstandige CO2-heffing’. Land- en tuinbouw moet vergroenen en elektrisch rijden gestimuleerd.
Volgens het kabinet zijn de plannen voor de samenleving betaalbaar. De extra kosten van het akkoord liggen lager dan eerder door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) was ingeschat. Het zal het land in 2030 uiteindelijk tussen de 1,6 en 1,9 miljard euro extra kosten.
Bron: ANP/Rijksoverheid