De leaseauto die een werknemer van Vodafone moest inleveren was geen onvoorwaardelijke arbeidsvoorwaarde, heeft het gerechtshof in ’s-Hertogenbosch geoordeeld. De werknemer heeft daarom geen recht op een aanvullende vergoeding.
De werknemer had in 2005 een leaseauto ter beschikking gekregen van zijn werkgever. Per 1 januari 2019 leverde hij de leaseauto op verzoek van Vodafone in. De werknemer stelt dat dat verzoek ten onrechte is gedaan. De werknemer is op 1 april 1985 met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd in dienst getreden van de rechtsvoorganger van Vodafone, Ericsson.
Toekenning bedrijfsauto
In het personeelshandboek van Ericsson werd over het ter beschikking stellen van leaseauto’s het volgende vermeld:
“toekenning van een bedrijfsauto (…) vindt uitsluitend plaats indien voldaan wordt aan een van de onderstaande normen:
- De functie vereist een dermate grote hoeveelheid aan materiaal en gereedschappen, dat deze niet in een standaard personenwagen passen. In dit geval zal op functionele basis (…) een bedrijfswagen worden toegekend:
- Op jaarbasis wordt er meer dan 20.000 zakelijke kilometers gereden (exclusief woon-werk verkeer). (…)
- Op basis van individuele afspraken welke nadrukkelijk zijn opgenomen in het arbeidscontract. kan het gebruik van een bedrijfswagen worden overeengekomen. In dit geval zal op arbeidsvoorwaardelijke basis (…) een bedrijfswagen worden toegekend.
Indien een medewerker niet meer aan een van de bovengenoemde toekenningscriteria voldoet, komt de bedrijfsauto te vervallen. Hierbij geldt een overgangsregeling van 1 jaar. Gedurende deze periode heeft medewerker recht op een vergelijkbare bedrijfswagen.”
Leaseregeling
Daarnaast waren op de werknemer de zogeheten Aanvullende Regelingen ENN-ETM (van Ericsson) van toepassing, waarvan de leaseregeling als volgt luidt:
“Leaseregeling
Dit artikel is in aanvulling op artikel 2.8.1 uit het Personeelshandboek ENN.
Deze leaseregeling is van toepassing op de medewerkers welke een lease-auto mee overnemen vanuit ETM en is van toepassing op desbetreffende lease-auto. Voor nieuwe lease-auto’s geldt de regeling zoals beschreven in het Personeelshandboek ENN.
(…)
Toewijzing van een bedrijfsauto vindt, met goedkeuring van de werkgever plaats op basis van één van de volgende 3 criteria:
- Functiefamilie en aanvullende criteria, of
2. 12.000 zakelijke kilometers of meer per jaar, of
3. Loopbaanontwikkeling.”
Leaseauto vanaf 2005
De werknemer heeft bij Ericsson verschillende functies vervuld. Sinds 1 juli 2005 is hij werkzaam als RAN Engineer. Een paar weken later, vanaf 29 juli 2005, heeft hij van Ericsson de beschikking gekregen over een leaseauto.
Eigen bijdrage
Ericsson heeft de werknemer schriftelijk bevestigd dat hij een eigen bijdrage zou gaan betalen in verband met privégebruik van de leaseauto met daarbij de vermelding van het toekenningscriterium: 12.000 zakelijke kilometers of meer per jaar.
Overgenomen door Vodafone
Op 1 april 2013 is Ericsson overgenomen door Vodafone. Voorafgaand aan de overname heeft Ericsson de werknemer geschreven dat door de overgang naar Vodafone alle bestaande rechten en plichten automatisch mee overgaan. Ericsson heeft daarbij de werknemer toegestuurd: een overzicht “ter verificatie van de individuele arbeids-voorwaarden voordat wij deze definitief naar Vodafone sturen. Wij verzoeken je dan ook deze goed door te nemen en ons voortijdig te wijzen op eventuele misverstanden.”. Op dit overzicht stond: “Leasewagen criterium KM”. De werknemer heeft hierop niets laten weten aan Ericsson. In de daaropvolgende schriftelijke arbeidsovereenkomst met Vodafone staat dat de werknemer als gevolg van overgang van onderneming in dienst is gekomen.
Leaseauto voor duur leasecontract
Over de leaseauto is het volgende opgenomen: “Werknemer heeft thans de beschikking over een leaseauto, werknemer zal voor de duur van zijn huidige leasecontract deze leaseauto behouden. Na afloop van dit contract wordt opnieuw bepaald of werknemer in aanmerking komt voor een leaseauto. Voor de regeling wordt verwezen naar de Arbeidsvoorwaarden.” Per 1 januari 2015 is de functie van de werknemer gewijzigd naar Access Transmission Design Engineer met behoud van zijn arbeidsvoorwaarden.
Samenwerking met Ziggo
In 2017 is Vodafone gaan samenwerken met Ziggo. Bij brief van 13 april 2018 is aan de werkgever medegedeeld dat zijn formele werkgever Vodafone Libertel B.V. blijft. Verder is medegedeeld dat zijn huidige arbeidsvoorwaarden vooralsnog ongewijzigd blijven en dat de verwachting is dat er later in het jaar harmonisatie zal plaatsvinden.
Nieuwe mobiliteitsregeling
In de brief van 12 november 2018 van Vodafone aan de werknemer staat het volgende:
“Conform de gemaakte afspraken bevestigen wij jou de volgende wijzigingen in jouw arbeidsovereenkomst (…) met ingang van 1 november 2018.
In de verschillende e-mails en interne berichten op intranet heb je kunnen lezen dat VodafoneZiggo vanaf oktober 2018 een nieuw mobiliteitsbeleid heeft. Daarbij is duidelijk gekozen voor meer OV en wordt het recht op een leaseauto beperkt tot mensen met een ambulante functie. Vastgesteld is dat jouw functie niet ambulant is. (…)”
Op grond van de nieuwe mobiliteitsregeling van Vodafone is aan de werknemer de navolgende drie keuzemogelijkheden geboden:
- optie 1: volledig OV;
- optie 2: vooral OV;
- optie 3: flexibel OV.
Als onderdeel van de nieuwe mobiliteitsregeling ontvangt de werknemer tot uiterlijk 15 oktober 2025 maandelijks een mobiliteitsvergoeding van € 800 bruto. De werknemer heeft zijn leaseauto per l januari 2019 ingeleverd.
Naar de rechter
In de procedure bij de kantonrechter vordert de werknemer primair voor recht te verklaren dat het ter beschikking stellen van een leaseauto een arbeidsvoorwaarde is en dat het eenzijdig wijzigen van die voorwaarde niet rechtsgeldig is en Vodafone te veroordelen binnen 48 uur na betekening van dit vonnis weer een vergelijkbare leaseauto ter beschikking te stellen. Voor het geval de kantonrechter oordeelt dat geen sprake is van een arbeidsvoorwaarde vordert de werknemer subsidiair veroordeling van Vodafone tot betaling van een billijke structurele vergoeding ter compensatie van het verlies van de leaseauto tot aan het moment dat het dienstverband eindigt.
Arbeidsvoorwaarde: niet eenzijdig wijzigen
Volgens de werknemer is het ter beschikking stellen van een leaseauto een arbeidsvoorwaarde geworden. Hij heeft gerechtvaardigd erop mogen vertrouwen dat de leaseauto een (onvoorwaardelijke) arbeidsvoorwaarde was. Die voorwaarde had Vodafone niet eenzijdig mogen wijzigen. Er is volgens hem geen sprake van een zodanig zwaarwichtig belang aan de kant van Vodafone dat het belang van de werknemer bij gebruik van de leaseauto daarvoor naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid moet wijken. Vodafone heeft gemotiveerd verweer gevoerd.
Voorwaarde: voldoende zakelijke kilometers
De leaseauto aan de werknemer is verstrekt onder de specifieke en functionele voorwaarde dat er voldoende zakelijke kilometers worden gereden. Dat Ericsson alleen in 2009 en in 2010 gecontroleerd heeft of de werknemer aan dat criterium heeft voldaan, brengt op zichzelf nog niet de conclusie met zich dat al daarmee bij de werknemer het gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt dat het ter beschikking stellen van een leaseauto een onvoorwaardelijke arbeidsvoorwaarde is geworden. De werknemer had redelijkerwijs moeten begrijpen dat aan de verstrekking van de leaseauto op enig moment een einde aan kon komen.
Werknemer geen recht op leaseauto
Dat Vodafone er op enig moment voor heeft gekozen de toekenning van een leaseauto af te laten hangen van de noodzakelijkheid daarvan voor de uitoefening van iemands functie is geenszins onredelijk en onweersproken staat vast dat de werknemer niet aan de criteria zoals genoemd in de brief van 12 november 2018 voldoet. De primaire vordering komt daarom niet voor toewijzing in aanmerking. Ook de subsidiaire vordering wijst de kantonrechter niet toe omdat daar geen separate grondslag voor is gesteld, nog daargelaten dat Vodafone met de mobiliteitsregeling de werknemer een alleszins redelijk alternatief heeft geboden voor zowel zijn zakelijke als privéreizen en daarnaast aan de werknemer maandelijks een mobiliteitsvergoeding van € 800 bruto heeft toegekend. Op grond daarvan heeft de rechtbank de vorderingen afgewezen en de werknemer in de proceskosten veroordeeld.
In hoger beroep
De werknemer heeft in hoger beroep drie grieven aangevoerd. De werknemer heeft geconcludeerd tot vernietiging van het beroepen vonnis en tot het alsnog toewijzen van zijn vorderingen.
Gerechtvaardigd vertrouwen
Het hof zal eerst grief I behandelen. De werknemer betoogt daarbij dat hij gerechtvaardigd erop heeft mogen vertrouwen dat het ter beschikking stellen van een leaseauto een (onvoorwaardelijke) arbeidsvoorwaarde was.
Werknemer voldeed niet aan criteria
Ook nadat Ericsson door Vodafone werd overgenomen, per 1 april 2013, heeft de werknemer de beschikking gehad over een leaseauto. Vanaf de ingangsdatum van deze arbeidsovereenkomst voldeed de werknemer echter al niet aan de betreffende toekenningsgronden. Ondanks dat de werknemer niet aan deze criteria voldeed, heeft Vodafone de werknemer altijd een leaseauto ter beschikking gesteld. In de praktijk werd hier dan ook niet aan getoetst. Ook bij Ericsson werd in de praktijk niet getoetst of de werknemer voldeed aan gestelde criteria en op basis daarvan recht zou hebben op een leaseauto. Ter controle heeft de werknemer twee keer zijn aantal kilometers op moeten geven. Dit was beide keren een formaliteit. Omwille van het voorgaande zijn de voorgaande toekenningsgronden niet (meer) van belang. In dit kader heeft de werknemer (onder meer) de volgende omstandigheden aangevoerd:
- sinds 29 juli 2005 heeft de werknemer onafgebroken de beschikking gehad over een leaseauto;
- de werknemer heeft de leaseauto altijd privé gebruikt;
- de werknemer heeft een groot financieel belang bij een leaseauto;
- de werknemer heeft, zonder vragen over het zakelijke gebruik, altijd een leaseauto toegekend gekregen.
Gevolgde gedragslijn
Het hof overweegt dat de vraag wanneer uit een door de werkgever jegens de werknemer gedurende een bepaalde tijd gevolgde gedragslijn voortvloeit dat sprake is van een tussen partijen geldende (de arbeidsovereenkomst aanvullende) arbeidsvoorwaarde, zich niet in algemene zin laat beantwoorden. Het komt aan op de zin die partijen aan elkaars gedragingen (en in verband daarmee staande verklaringen) hebben toegekend en in de gegeven omstandigheden daaraan redelijkerwijs mochten toekennen. In dit verband komt betekenis toe aan gezichtspunten als (i) de inhoud van de gedragslijn, (ii) de aard van de arbeidsovereenkomst en de positie die de werkgever en de werknemer jegens elkaar innemen, (iii) de lengte van de periode gedurende welke de werkgever de desbetreffende gedragslijn heeft gevolgd, (iv) hetgeen de werkgever en de werknemer in verband met deze gedragslijn jegens elkaar hebben verklaard of juist niet hebben verklaard, (v) de aard van de voor- en nadelen die voor de werkgever en de werknemer uit de gedragslijn voortvloeien, en (vi) de aard en de omvang van de kring van werknemers jegens wie de gedragslijn is gevolgd.
Gedurende langere tijd leaseauto
Het hof constateert allereerst dat sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd bij een relatief grote werkgever. Of in het voordeel van de werknemer is dat hij gedurende lange tijd – 13,5 jaar – de beschikking heeft gehad over een leaseauto die hij ook privé mocht gebruiken, is afhankelijk van de overige omstandigheden van het geval en is in belangrijke mate afhankelijk van de inhoud van de gedragslijn ten aanzien van de leaseauto en hetgeen de werkgever en de werknemer daarover hebben verklaard.
Meer dan 12.000 kilometers per jaar
Ten aanzien van deze inhoud van de gedragslijn overweegt het hof dat duidelijk is dat de werknemer de leaseauto toegekend heeft gekregen, omdat hij meer zakelijke kilometers reed dan 12.000 km per jaar. Ericsson heeft deze kilometers gedurende de eerste jaren van het dienstverband twee keer gecontroleerd. Daarna heeft geen controle meer plaatsgevonden. Anders dan de werknemer verbindt het hof daar echter niet de conclusie aan dat daarmee de voorwaarde van de zakelijke kilometers is vervallen.
Leaseauto-criterium gebaseerd op kilometers
Verder is van belang dat Ericsson voor de overname door Vodafone aan de werknemer heeft bevestigd dat het leaseauto-criterium gebaseerd was op kilometers. Vodafone heeft vervolgens bevestigd dat de arbeidsvoorwaarden zijn overgegaan en ook medegedeeld dat de werknemer voor de duur van zijn huidige leasecontract deze leaseauto zal behouden. Ook is medegedeeld dat na afloop van dit contract opnieuw wordt bepaald of hij in aanmerking komt voor een leaseauto. De werknemer heeft hiertegen niet geprotesteerd.
Harmonisatie in nieuw mobiliteitsbeleid
In april 2018 heeft Vodafone in het kader van het samengaan met Ziggo aan de werknemer medegedeeld dat zijn huidige arbeidsvoorwaarden vooralsnog ongewijzigd blijven en dat de verwachting is dat er later in het jaar harmonisatie zal plaatsvinden. Deze harmonisatie in het nieuwe mobiliteitsbeleid en de gevolgen daarvan zijn vervolgens kenbaar gemaakt aan de werknemer bij voornoemde brief van november 2018.
Voorwaarden voor verstrekken leaseauto
Uit dit alles trekt het hof de conclusie dat Vodafone bij herhaling heeft gecommuniceerd dat het verstrekken van de leaseauto aan voorwaarden was gebonden. De werknemer heeft naar aanleiding van die communicatie niet aan Vodafone laten weten dat hij daarover een andere mening had, hoewel hij daartoe – in één geval zelfs uitdrukkelijk door Ericsson – wel is uitgenodigd. Hierbij hecht het hof ook belang aan het feit dat de ondernemingsraad heeft ingestemd met het nieuwe mobiliteitsbeleid, waarbij dit beleid evenzeer voor de werknemer gold als voor alle andere werknemers van Vodafone, waaronder ook collega’s afkomstig van Ericsson.
Nadeel voldoende gecompenseerd
Partijen twisten over de omvang van het nadeel voor de werknemer door de beleidswijziging. Het hof overweegt dat de precieze omvang van het nadeel in het midden kan blijven. Als het hof er van uitgaat dat de werknemer zijn nadeel goed heeft becijferd, constateert het hof dat Vodafone zijn nadeel voldoende heeft gecompenseerd door de toegekende overgangsregeling. Het is immers niet vereist dat een werknemer al het nadeel vergoed krijgt in deze omstandigheden.
Geen onvoorwaardelijke arbeidsvoorwaarde
Alles afwegende komt het hof dan ook tot dezelfde conclusie als de kantonrechter dat geen sprake is van een onvoorwaardelijke of (in de woorden van de Hoge Raad:) de arbeidsovereenkomst aanvullende arbeidsvoorwaarde ten aanzien van de leaseauto voor de werknemer. Dit betekent dat grief I niet slaagt.
Compensatie geen redelijk alternatief?
Met grief II heeft de werknemer betoogd dat de compensatie die hij heeft gekregen van Vodafone geen redelijk alternatief vormt voor zijn financiële verlies. De bruto mobiliteitsvergoeding dekt de kosten die de werknemer momenteel moet maken slechts gedeeltelijk. Zoals het hof al heeft overwogen bij de behandeling van de eerste grief, is niet vereist dat de werknemer volledig wordt gecompenseerd voor zijn verlies. Volgens het hof is de door Vodafone aangeboden compensatie passend. Als onderdeel van de nieuwe mobiliteitsregeling ontvangt de werknemer immers tot uiterlijk 15 oktober 2025 maandelijks een mobiliteitsvergoeding van € 800 bruto. Nu de werknemer niet nader heeft onderbouwd waarom verdere compensatie in zijn geval toch noodzakelijk is, faalt ook deze grief. De derde grief heeft naast de vorige grieven geen zelfstandige betekening en behoeft daarom geen bespreking. Het bewijsaanbod van de werknemer wordt gepasseerd omdat dit niet is toegesneden op een of meer stellingen die tot een ander oordeel kunnen leiden.
Conclusie
De slotsom luidt dat de grieven tevergeefs zijn voorgedragen, dat het vonnis waarvan beroep moet worden bekrachtigd, en dat de werknemer als de in het ongelijk gestelde partij moet worden veroordeeld in de kosten van het hoger beroep van Vodafone.
Uitspraak Hof ‘s-Hertogenbosch, 12 oktober 2021, ECLI:NL:GHSHE:2021:3082