Financiën heeft het beleid voor het toepassen van de startersvrijstelling en het 2 procent-tarief voor de overdrachtsbelasting versoepeld. Het gaat om de situaties dat een huis eerst wordt verbouwd, een van beide kopers naar een verpleeghuis moet en wanneer de woning in delen wordt overgedragen.
De goedkeuringen zijn opgenomen naar aanleiding van met toepassing van de hardheidsclausule verleende tegemoetkomingen. 35-minners kunnen eenmaal vrijstelling van de overdrachtsbelasting krijgen als zij een huis van maximaal 440.000 euro kopen. Zij moeten dan wel verklaren dat ze er zelf gaan wonen en nog niet eerder van de vrijstelling gebruik hebben gemaakt. ‘De praktijk heeft inmiddels laten zien dat er gevallen zijn waarin ten tijde van de verkrijging de vereiste verklaring ontbreekt of geen beroep op de startersvrijstelling of het verlaagde tarief is gedaan en dat de verkrijger dit na de verkrijging wil corrigeren. De gevallen laten zien dat een correctiemogelijkheid gewenst is’, aldus de staatssecretaris. Die geeft als voorbeeld dat het huis ten tijde van de verkrijging niet als woning kwalificeerde. ‘Als er twee of meer verkrijgingen door dezelfde verkrijger met betrekking tot dezelfde woning plaatsvinden, kan de verkrijger de startersvrijstelling slechts op een van de verkrijgingen toepassen. Over de andere verkrijging(en) is de verkrijger dan in beginsel overdrachtsbelasting naar het verlaagde tarief verschuldigd. Deze uitkomst vind ik niet gewenst als iemand op dezelfde dag een beperkt recht en de blote eigendom met betrekking tot dezelfde woning verkrijgt en voldaan zou zijn aan de woningwaardegrens als de blote eigendom en het beperkte recht in één verkrijging van de volle eigendom hadden plaatsgevonden.’ Met een bezwaarschrift kunnen kopers nu alsnog aanspraak maken op de vrijstelling of het verlaagde tarief.
Opname verpleeghuis
Daarnaast is een goedkeuring opgenomen die regelt dat als twee echtgenoten of samenwoners samen een woning verkrijgen, terwijl duidelijk is dat een van hen door verblijf in een verpleeghuis of een soortgelijke instelling vanwege medische redenen niet in de woning kan gaan wonen, het 2 procent-tarief toch van toepassing is op de verkrijging van de gehele woning.
Ook lager tarief bij verbouwen
Daarnaast kan ook bij de verkrijging van de economische eigendom van een woning (vóór verkrijging van de juridische eigendom) aanspraak op de vrijstelling worden gemaakt. ‘Bijvoorbeeld als de koper de woning vóór de verkrijging van de juridische eigendom al ter beschikking krijgt via een zogenoemde sleutelverklaring en mag verbouwen. Indien dit resulteert in de verkrijging van de economische eigendom is overdrachtsbelasting verschuldigd naar het algemene tarief – dat is 10,4 procent. Bij de daaropvolgende juridische eigendomsverkrijging geldt heffing naar het verlaagde tarief met toepassing van artikel 9, vierde lid, WBR of de startersvrijstelling. Bij de verkrijging van de economische eigendom vooruitlopend op de juridische eigendomsverkrijging zou derhalve meer overdrachtsbelasting worden geheven dan in de situatie dat de koper de woning gelijktijdig in juridische en economische zin zou verkrijgen. Deze uitkomst vind ik niet gewenst.’ Daarom geldt ook bij eerdere verkrijging ten behoeve van een verbouwing nu het verlaagde tarief of de vrijstelling voor jongeren.