Een accountant die bij de FIOD werkt en coördinator tuchtrecht bij het Openbaar Ministerie is schond het verschoningsrecht van een advocaat van Stibbe, heeft de Accountantskamer geoordeeld. Het opsporingsschandaal rond vermogensbeheerder Box Consultants leverde de accountant eerder al twee berispingen op.
Dit keer wordt hij een half jaar doorgehaald in het register. Het oordeel van de tuchtrechter is niet mals. FIOD-accountant Ron Dohmen “heeft in strijd met de vakbekwaamheid en zorgvuldigheid gebruik gemaakt van e-mails waarvan hij wist, althans had moeten begrijpen dat dit (mogelijk) geheimhouderinformatie was waarvan hij geen kennis mocht nemen. De Accountantskamer rekent het betrokkene zwaar aan dat hij met zijn handelen het verschoningsrecht van klager als advocaat, dat van fundamenteel belang is voor een goede rechtsbedeling en mede geldt opdat deze zijn taak als advocaat naar behoren kan vervullen, heeft geschonden.”
Box Consultants
Dohmen spande namens de FIOD veel tuchtrechtprocedures aan tegen accountants, notarissen en advocaten, maar staat nu voor de tweede keer zelf aan de andere kant. Rond 2013 besloot het OM financiële dienstverleners die fraudeurs en criminelen een handje toesteken of wegkijken (facilitators) ook aan te pakken via het tuchtrecht. Dat leidde er toe dat de FIOD in het onderzoek Castor in 2015 een inval deed bij de Brabantse vermogensbeheerder Box Consultants vanwege een verdenking van witwassen en valsheid in geschrifte. Ook bij BDO, dat accountant van Box was, werden stukken in beslag genomen. Later dat jaar vorderde het Openbaar Ministerie bij een hostingbedrijf alle e-mails van de vermogensbeheerder; dat ging om zo’n 2 miljoen bestanden. Daartussen zaten ook ruim 3.000 e-mails tussen Box en de advocaten van Stibbe, die zij inmiddels in dienst hadden genomen vanwege het strafrechtelijk onderzoek. De vermogensbeheerder en de advocaten waren hiervan in eerste instantie niet op de hoogte en kwamen daar pas later achter.
In de kwestie raakte de inmiddels overleden BDO’er Pieter-Paul Saasen, die controlerend accountant bij Box was, in opspraak. Saasen en een collega bij BDO liepen uiteindelijk tegen een berisping aan vanwege onvoldoende kritisch en zorgvuldig handelen bij de controle van de jaarrekeningen van de Waalrese vermogensbeheerder. In hoger beroep werd de maatregel omgezet naar een waarschuwing. Ook advocaat Daan Doorenbos kwam onder vuur te liggen, maar een tuchtklacht tegen hem werd ingetrokken.
Verschoningsrecht
Enkele advocaten van Stibbe, waaronder Doorenbos, spanden zelf een kort geding aan naar aanleiding van vermeende schending van hun verschoningsrecht. De rechter gaf hen daarin gelijk. De rechtbank in Den Bosch oordeelde dat de Nederlandse staat onzorgvuldig heeft gehandeld door vertrouwelijke e-mails die de advocaten stuurden aan hun cliënt Box te bekijken en te gebruiken in het fraudeonderzoek. Het Openbaar Ministerie liet onlangs weten dat het al tien jaar lopende strafrechtelijke onderzoek naar Box vanwege de fouten niet tot vervolging leidt.
Nieuwe tuchtklacht
Volgens advocaat Doorenbos is FIOD-accountant Dohmen de initiator van het hele Box-schandaal. Daarom heeft hij volgens de advocaat ‘zijn recht om anderen de maat te nemen verspeeld’. In een nieuwe tuchtzaak probeerde Doorenbos het daarom voor elkaar te krijgen dat de RA/AA wordt doorgehaald. Volgens Stibbe is er sinds de vorige tuchtklacht nieuwe informatie naar voren gekomen, waaruit zou blijken dat Dohmen al voor een rechterlijke toetsing op geheimhouding over vertrouwelijke e-mails beschikte.
Oordeel Accountantskamer
De Accountantskamer verklaart de klacht gedeeltelijk gegrond en legt aan de accountant de maatregel op van tijdelijke doorhaling van zes maanden. “Betrokkene heeft gehandeld in strijd met de fundamentele beginselen van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid en van vertrouwelijkheid doordat hij, zonder voorafgaande toetsing door een geheimhouder officier van justitie, gebruik heeft gemaakt van documenten waarvan hij wist dat klager als advocaat bij deze documenten betrokken was. Ook heeft betrokkene de Accountantskamer bij de behandeling van de eerdere tuchtklacht tegen hem niet geïnformeerd over dit (eerste) gebruik van geprivilegieerde stukken. Ten slotte heeft betrokkene twee documenten gebruikt bij zijn tuchtklacht tegen drie accountants ondanks dat was vastgesteld dat het ging om geprivilegieerde documenten. Betrokkene heeft verklaard dat hij ten tijde van de indiening van die tuchtklacht mocht aannemen dat bij die klacht geen geheimhouderstukken zaten. Dat verweer kan niet worden aanvaard.”
Bij de oplegging van de doorhaling overweegt de Accountantskamer: “Betrokkene heeft van leden van het opsporingsteam waarbij hij betrokken was e-mails in ontvangst genomen en heeft die, in strijd met regelgeving, direct zonder toetsing door de geheimhouderofficier van justitie gebruikt in zijn contacten met officieren van justitie. Betrokkene zou, als coördinator tuchtrecht en opsporingsambtenaar bij het Openbaar Ministerie juist doordrongen moeten zijn van het belang van het zich houden aan wet- en regelgeving waaronder het genoemde Besluit. Hij heeft in strijd met de vakbekwaamheid en zorgvuldigheid gebruik gemaakt van e-mails waarvan hij wist, althans had moeten begrijpen dat dit (mogelijk) geheimhouderinformatie was waarvan hij geen kennis mocht nemen. De Accountantskamer rekent het betrokkene zwaar aan dat hij met zijn handelen het verschoningsrecht van klager als advocaat, dat van fundamenteel belang is voor een goede rechtsbedeling en mede geldt opdat deze zijn taak als advocaat naar behoren kan vervullen, heeft geschonden. Dat betrokkene een bijdrage levert aan de bescherming van de samenleving tegen criminaliteit en onprofessioneel handelen door accountants, laat onverlet dat hij ook de verantwoordelijkheid heeft om rechten van verdachten en hun advocaten in een tucht- of strafrechtelijk onderzoek voldoende te waarborgen. Kwalijk is dat betrokkene de Accountantskamer ter zitting van de eerdere tuchtklacht tegen hem, op 27 november 2020, niet volledig heeft voorgelicht. Betrokkene heeft daarmee zijn beroepsgroep in diskrediet gebracht. Ook is meegewogen dat betrokkene heeft volhard in zijn opstelling dat zijn handelen in het licht van de situatie in 2015 niet onjuist was. Verder is meegewogen dat aan betrokkene reeds eerder de maatregel van berisping is opgelegd vanwege zijn handelen in het kader van de tuchtklacht tegen de drie accountants. De Accountantskamer geeft betrokkene in overweging om in voorkomende gevallen het Moreel besluitvormingsmodel voor accountants van de NBA te volgen.”
Hoger beroep
De FIOD heeft laten weten in hoger beroep te gaan tegen de tuchtrechtelijke veroordeling. André Gaastra, advocaat van de inmiddels overleden voormalige BDO-accountant, noemt tegenover het FD de in de uitspraak van de Accountantskamer beschreven werkwijze van de FIOD-accountant ‘stuitend’. ‘Dohmen ging kennelijk zó ambitieus op zijn doel af, dat hij zichzelf niet meer hield aan de regels’, reageert Gaastra.
Uitspraak: 2023-882 RA AA