Een inspecteur heeft bij het bepalen van het vervreemdingsvoordeel terecht niet alleen met de verkrijgingsprijs van aandelen rekening gehouden, maar ook met de rekening-courantschuld die een dga aan de BV had, zo is het oordeel van de rechtbank Zeeland-West-Brabant.
Een dga gaat met een derde een schriftelijke overeenkomst aan over de koop en verkoop van zijn aandelen in een BV. In de koopovereenkomst is opgenomen dat de verkoopprijs van de aandelen € 5.000,- bedraagt. Ook staat in de overeenkomst dat de koper de aandelen aanvaardt met alle lusten en lasten en ook met de rekening courant van de aandeelhouder die overgenomen wordt door de koper. De schuld die de dga aan de BV had bedroeg volgens de aangifte vennootschapsbelasting van de BV op het eind van het jaar € 287.419,-.
Bij het opleggen van de navorderingsaanslag gaat de inspecteur uit van een vervreemdingvoordeel uit aanmerkelijk belang van € 274.268,-. Dit bedrag is onderbouwd door de verkoopprijs van de aandelen (€ 5.000,-) en de rekening-courantschuld van de dga per 1 januari (€ 287.419,-) bij elkaar op te tellen en dit vervolgens te verminderen met de verkrijgingsprijs van de aandelen van € 18.151,-.
In overeenkomst is tegenprestatie afgesproken
De inspecteur stelt, in tegenstelling tot de dga, dat hij de overdrachtsprijs van de aandelen van € 5.000,- terecht heeft verhoogd met de overgenomen rekening-courantschuld van € 287.419,-. Als argument voert hij aan dat een tegenprestatie is bedongen bij een niet onder normale omstandigheden gesloten overeenkomst (onder verwijzing naar artikel 4.22 Wet IB 2001). De dga stelde ook dat de stand van de rekening-courantschuld onjuist, deze zou aanzienlijk lager moeten zijn.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant geeft als overweging aan dat vervreemdingsvoordelen worden gesteld op de overdrachtsprijs verminderd met de verkrijgingsprijs. Onder overdrachtsprijs wordt verstaan de tegenprestatie bij vervreemding, verminderd met de ten laste van de vervreemder komende kosten. Als bij een vervreemding een tegenprestatie is bedongen bij een niet onder normale omstandigheden gesloten overeenkomst, wordt als tegenprestatie aangemerkt de waarde die ten tijde van de vervreemding, in het economische verkeer aan de aandelen kan worden toegekend.
Uit de koopovereenkomst leidt de rechtbank af dat het overnemen door de koper van de rekening-courant schuld van de dga aan de BV onderdeel is, naast de koopsom van € 5.000,- van de tegenprestatie bij de vervreemding door de dga van de aandelen in de BV. In dit geval dient de overdrachtsprijs te worden gesteld op € 5.000,- vermeerderd met de waarde in het economische verkeer van de door koper van de dga overgenomen schuld aan de BV.
Vordering rekening-courant is volwaardig
Volgens de rechtbank heeft de inspecteur terecht gesteld dat de vordering van de BV op de dga bij de verkoop van de aandelen volwaardig was en dat hij voor de waarde in het economische verkeer aansluiting heeft gezocht bij de waarde van de corresponderende rekening courant vordering van de BV.
De dga had zijn rekening-courantschuld ook kunnen aflossen zoals hij zelf tijdens de zitting voor de rechtbank ook aangaf. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de inspecteur hiermee aannemelijk gemaakt dat hij bij het opleggen van de navorderingsaanslag niet is uitgegaan van een te hoge overdrachtsprijs van de aandelen. De inspecteur is volgens de rechtbank ook terecht uit gegaan van een rekening-courantschuld van € 287.419,- het bedrag dat in de jaarrekening van de BV stond per 1 januari, omdat er geen aanwijzingen zijn dat die jaarrekening onjuist is of dat er na die datum iets op de schuld is afgelost. De dga heeft niet aannemelijk gemaakt dat de waarde van de rekening-courant schuld van hem ten tijde van de verkoop van de aandelen lager was.
Dat betekent dat het door de dga ingestelde beroep ongegrond is en dat de navorderingsaanslag blijft staan.