• Opleidingen
  • Summercourse
  • E-learnings
  • Incompany
    • Incompany gemeenten
  • Docenten
    • Blogs
  • Nieuws
  • Specialisten
  • Dossiers
  • Vacatures
    • Kantoren
    • Carrière
  • Over ons
  • Contact
  • Adverteren
  • Nieuwsbrief
  • LinkedIn
  • Facebook
  • Twitter
  • Mail
  • Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
  • Over ons
  • Contact
  • Adverteren
  • Nieuwsbrief
Fiscaal Vanmorgen

  • Opleidingen
  • Summercourse
  • E-learnings
  • Incompany
    • Incompany gemeenten
  • Docenten
    • Blogs
  • Nieuws
  • Specialisten
  • Dossiers
  • Vacatures
    • Kantoren
    • Carrière
Home » Belastingdienst mocht persoonsgegevens FIOD gebruiken voor belastingheffing

Belastingdienst mocht persoonsgegevens FIOD gebruiken voor belastingheffing

Nieuws

De FIOD deed strafrechtelijk onderzoek naar een fiscaal adviseur, en kwam zo ook aan persoonsgegevens van enkele cliënten. De Belastingdienst bewaarde die gegevens met het oog op het heffen en innen van belastingen. Onder welke omstandigheden mag dat volgens de AVG? Daarover heeft de hoogste bestuursrechter zich woensdag uitgesproken.

13 november 2024 door Fiscaal Vanmorgen

Aanslagen fiscus

De FIOD werd in haar opsporingsonderzoek naar de fiscaal adviseur bijgestaan door drie medewerkers van de Belastingdienst. Zij werden wegens hun fiscale expertise als deskundigen ingeschakeld om te beoordelen of de adviseur succesvol kon worden vervolgd voor het plegen van fiscaal strafbare feiten. De medewerkers van de Belastingdienst waren op grond van artikel 6, vierde lid, van de Wpg, geautoriseerd voor de verwerking van politiegegevens. In juli 2019 maakten de FIOD en de Belastingdienst afspraken om zaken aan de Belastingdienst over te dragen wegens de mogelijke fiscale relevantie daarvan.

Deze afspraken werden neergelegd in de memo “Martinique, Throwing over the wall” van 7 oktober 2019. Op pagina 1 van de memo staat dat de drie medewerkers de posten zullen selecteren die voor behandeling door Belastingdienst in aanmerking komen. Verderop in de memo staat dat de medewerkers een eerste selectie maken van de bestanden die van belang kunnen zijn voor de heffing en inning van belastingen. Op enig moment maakten de drie medewerkers voor dit doel uit de grote hoeveelheid gegevens een selectie. Hiertoe behoorden ook persoonsgegevens van de client van de fiscaal adviseur. De FIOD verstrekte op 7 januari 2020, na instemming van de daartoe bevoegde functionaris van de FIOD, de geselecteerde gegevens van de client van de fiscaal adviseur aan de Belastingdienst. De inspecteur gebruikte de persoonsgegevens vervolgens om nadere aanslagen aan de man op te leggen.

Gegevens wissen

Maar de client van de fiscaal adviseur had de minister op grond van artikel 17 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) verzocht de door de Belastingdienst verkregen gegevens te wissen. De minister wees dat verzoek echter af en handhaafde dat besluit in bezwaar. De rechtbank verklaarde het beroep tegen dat besluit ongegrond, waarna een gang volgde naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Dat is de hoogste algemene bestuursrechter in Nederland.

Verwerking persoonsgegevens

Daar betoogt de client van de fiscaal adviseur dat de Belastingdienst de van de FIOD verkregen persoonsgegevens moet verwijderen, omdat die onrechtmatig zijn verwerkt. Hij stelt dat de Belastingdienst zijn gegevens voor een ander doel verwerkt dan het doel waarvoor de FIOD de gegevens heeft verzameld. De verwerking voor een ander doel is in dit geval niet toegestaan, omdat niet aan de voorwaarden uit artikel 6, vierde lid, van de AVG wordt voldaan. De man stelt geen toestemming te hebben gegeven voor de verwerkingen.

Ook ligt aan de verwerkingen geen bepaling ten grondslag die een noodzakelijke en evenredige maatregel vormt ter waarborging van de in artikel 23, eerste lid, van de AVG bedoelde doelstellingen. Hij voert aan dat alleen een specifieke bepaling als rechtsgrondslag kan dienen. Dit volgt volgens hem onder meer uit overwegingen 54 en 55 van het arrest van het Hof van Justitie van 24 februari 2022, ECLI:EU:C:2022:124, C-175/20, Valsts ieņēmumu dienests. De rechtbank heeft echter in het algemeen verwezen naar de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de algemene wettelijke verplichting van de Belastingdienst om belasting te heffen en te innen. De client van de fiscaal adviseur betoogt verder dat de verwerkingen in strijd zijn met beginselen uit artikel 5 van de AVG, omdat zij voor hem niet transparant waren. De drie medewerkers van de Belastingdienst deden voorkomen alsof zij op grond van de Wet politiegegevens (Wpg) bijstand verleenden bij een strafrechtelijk onderzoek. De daadwerkelijke gang van zaken is voor hem verborgen gehouden.

Oordeel

Dat betoog treft echter geen doel. De rechtbank heeft naar het oordeel van de Afdeling terecht geoordeeld dat zowel de selectie als de verstrekking van de persoonsgegevens door de FIOD aan de Belastingdienst nodig waren voor het vervullen van een taak van algemeen belang, zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, aanhef en onder e, van de AVG. Dat het heffen en innen van belastingen een taak van algemeen belang is, heeft het Hof van Justitie bepaald in punt 70 van het hiervoor, en ook door de client van de belastingadviseur genoemde arrest Valsts ieņēmumu dienests en de in dat punt aangehaalde arrest van het Hof van 27 september 2017, ECLI:EU:C:2017:725, C-73/16, Peter Puškár, punt 108. Het doel waarvoor de persoonsgegevens worden geselecteerd en verstrekt is welbepaald en uitdrukkelijk omschreven. De Afdeling wijst op artikel 6 van het Bpbo en de bijbehorende Nota van toelichting (Stb. 2009, 305, blz. 28) bij het Bpbo. Hierin staat: “[…] dat de verstrekking van politiegegevens aan de orde [is] ten behoeve van de uitvoering van wetgeving. Zo heeft bijvoorbeeld de Belastingdienst de informatie uit een fiscaal fraudeonderzoek van de FIOD-ECD nodig voor de belastingheffing en -inning. […] Indien bijvoorbeeld tijdens een huiszoeking de administratie van een administratiekantoor in beslag wordt genomen, waarbij blijkt van klanten met een zwarte rekening in het buitenland, kan worden besloten tot een deels strafrechtelijke, deels bestuursrechtelijke aanpak van de betreffende rekeninghouders. Voor de bestuursrechtelijke aanpak is dan de overdracht van de betreffende persoonsgegevens aan de Belastingdienst noodzakelijk.” In dit geval sluiten de afspraken over de over te dragen gegevens, die zijn neergelegd in de memo van 17 oktober 2019, daarbij aan. Hetgeen de client van de belastingadviseur heeft aangevoerd is geen aanleiding om de verwerking in strijd met artikel 5, eerste lid, van de AVG te achten. Naar het oordeel van de Afdeling wordt het doel van het heffen en innen van belastingen door de selectie en verstrekking van de persoonsgegevens aan de Belastingdienst ook daadwerkelijk bereikt. Dit blijkt al uit de omstandigheid dat de Belastingdienst nadere aanslagen aan de client van de belastingadviseur heeft opgelegd.

Noodzakelijk en evenredig

De Afdeling acht de selectie en verstrekking van de persoonsgegevens van de client van de belastingadviseur in dit geval noodzakelijk en evenredig, mede gelet op zijn beroep ter zitting op zijn in het EU-Handvest neergelegde recht op privéleven. De gegevens zijn nodig voor de uitvoering van de aan de Belastingdienst opgedragen taak. Niet is gebleken dat dit doel in redelijkheid op een andere, minder nadelige wijze kan worden verwezenlijkt. De client van de belastingadviseur heeft niet onderbouwd welke alternatieven er voor de Belastingdienst waren om deze gegevens te ontvangen. Verder is van belang dat uit de grote hoeveelheid gegevens een selectie is gemaakt om de verstrekking ervan proportioneel te maken. De client van de belastingadviseur heeft niet gemotiveerd waarom de verschillende waarborgen die daarnaast zijn getroffen – de drie medewerkers waren gehouden tot geheimhouding en mochten in de toekomst niet betrokken zijn bij de fiscale behandeling van de klanten van de adviseur – onvoldoende waren. Verder kon blijkens de memo van 17 oktober 2019 verstrekking aan de Belastingdienst slechts plaatsvinden na instemming van de bevoegde functionaris binnen de FIOD. De client van de belastingadviseur heeft niet concreet gemaakt welke onevenredige gevolgen de selectie en verstrekking van zijn persoonsgegevens voor hem hebben. Het financiële gevolg is niet van belang, omdat, zoals de Afdeling het begrijpt, de nadere aanslagen niet aan de client van de belastingadviseur zouden zijn opgelegd als er (juiste) aangiften waren gedaan.

Omdat in ieder geval aan de voorwaarde als bedoeld in artikel 6, eerste lid, aanhef en onder e, van de AVG (taak van algemeen belang) is voldaan, was het niet noodzakelijk dat de client van de belastingadviseur met het oog op artikel 6, eerste lid, aanhef en onder a, toestemming gaf voor de selectie van zijn gegevens en de verstrekking ervan aan de Belastingdienst. Om dezelfde reden behoeft de vraag of de selectie en verstrekking noodzakelijk waren om te voldoen aan een wettelijke verplichting als bedoeld onder c van dat artikellid geen bespreking.

 De Afdeling is van oordeel dat de minister terecht het verzoek van de client van de belastingadviseur om wissing van de persoonsgegevens heeft afgewezen. De rechtbank heeft het beroep terecht ongegrond verklaard.

Raad van State, ECLI:NL:RVS:2024:4603

Categorie: Nieuws Tags: AVG, belastingadviseur, Belastingdienst, FIOD, persoonsgegevens

Tags: AVG, belastingadviseur, Belastingdienst, FIOD, persoonsgegevens

Gerelateerde artikelen

16 juni 2025

Belastinginspecteurs vaak nalatig bij vaststellen schuld belastingfouten

4 juni 2025

Staatssecretaris reageert op kritisch rapport fiscaal dienstverleners

23 mei 2025

Privacyrisico’s in het mkb: onderschat en kostbaar

22 mei 2025

Belastingdienst in 2024: dienstverlening verbeterd, doelstellingen niet overal gehaald

Docenten

Geert Witlox
Ludo Mennes
Chris Dijkstra
Bram Lemmens
Edwin de Witte
Martin de Graaf
Casper Mons
Rohalt Janssens
Almer de Beer
Almer de Beer
Martijn Bedaux
Hanneke Kroonenberg
Erik van Toledo
Derwish Rosalia
Saskia Jacobsen
Hans Tabak
Jan Mooren
Martine Cranendonk
Kees Beishuizen
jan wietsma
Jan Wietsma
Albert Heeling
Herman van Kesteren
Roger van de Berg
Heleen Elbert
Patrick Wille
Bob de Koning
Bob van Leeuwen
John Bult
Martijn Paping
Martijn Paping
Ewoud de Ruiter
Winfred Merkus
Kirsten Kievit
Wilbert Nieuwenhuizen
Guney Bagislayici
Alex Schrijver
Marja van den Oetelaar
Pieter Kok
Joost Severs
Chanien Engelbertink
Ron Mulder
Willem Veldhuizen
Jeroen Knol
Joep Swinkels
Bernard Schols
Imke Bos
Debby Kettler
Debby Kettler
Koert van Loon
Teunis van den Berg
Kirsten Roskam
Barry Willemsen
Arnaud Booij

Blogs

  • Goede doelen en btw; 5 tips waar je als goed doel aan moet denken 30 weergaven

  • Notaris kon btw op kosten niet volledig aftrekken! 8 weergaven

  • Verlegging van invoer-btw in Nederland: van vooruitstrevend naar achter de feiten aan lopen 6 weergaven

  • Hof van Justitie: verplichte vermelding op factuur bij toepassing vereenvoudigde ABC-regeling 6 weergaven

Fiscaal Vanmorgen (FV) is het platform voor belastingadviseurs, fiscalisten, accountants en iedereen die geïnteresseerd is in fiscale opleidingen en fiscaal nieuws.

Fiscaal Vanmorgen is een uitgave van MOCuitgevers Vanmorgen.

 

Categorie

  • Opleidingen
  • Summercourse
  • E-learnings
  • Incompany
    • Incompany gemeenten
  • Docenten
    • Blogs
  • Nieuws
  • Specialisten
  • Dossiers
  • Vacatures
    • Kantoren
    • Carrière

Info

  • Over ons
  • Contact
  • Algemene voorwaarden MOCuitgevers Vanmorgen
  • Annuleringsvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • LinkedIn
  • Facebook
  • Twitter
  • Mail
Cookies
Om u beter van dienst te kunnen zijn, maakt Fiscaal Vanmorgen gebruik van cookies.
  • Ik ga akkoord
  • Instellingen
  • Functionele cookies zijn noodzakelijk voor de werking van deze website
  • We gebruiken Google Analytics, netjes geanonimiseerd
  • Annuleren
  • Ik ga akkoord

Instellingen