Het is weer de tijd van het jaar waarin de gemeentelijke aanslagbiljetten binnenkomen. Het kan geen kwaad de WOZ-waarde die op deze biljetten staan kritisch te bekijken en waar nodig binnen 6 weken bezwaar aan te tekenen. In deze zaak was het bezwaar zeer succesvol.
Volgens het biljet was de WOZ-waarde van een woning meer dan € 1 miljoen. Het ging daarbij om de WOZ-waarde 2016, met als waardepeildatum 1 januari 2015. De eigenaar van de woning had de woning in oktober 2015 echter gekocht voor € 605.000, een aardig verschil nietwaar?
De gemeentelijke taxateur gaf zich in bezwaar niet helemaal gewonnen, maar besloot de oorspronkelijke WOZ-waarde te verlagen tot een getaxeerde waarde van € 675.000. Deze waarde had de eigenaar ook gebruikt in zijn hypotheekaanvraag. Hoewel het gebruikelijk is bij de werkelijke koopprijs aan te sluiten, zag de gemeente daar niet zoveel in. Dit omdat de oude eigenaar failliet was gegaan en zijn woning daardoor noodgedwongen voor een lager bedrag had moeten verkopen. Daar zit natuurlijk wel wat in.
De rechter kijkt gelukkig niet alleen naar het faillissement van de oude eigenaar, maar richt haar blik ook op de andere omstandigheden. Het faillissement was alweer een tijdje geleden en gaf de verkoopmakelaar aanvankelijk geen reden om de vraagprijs te verlagen. Dat de woning enkele jaren later wel voor een (veel) lagere prijs verkocht werd, had dus op zich niet direct met het faillissement te maken. Kortom, de WOZ-waarde mag in dit geval dus ook gewoon aansluiten bij de daadwerkelijke aankoopprijs.