Juridische kosten gemaakt in het kader van een procedure die een DGA in privé heeft gevoerd, zijn niet aftrekbaar voor de omzetbelasting. Lijkt logisch, maar was het niet voor de directeur van een technische groothandel.
Een boekenonderzoek door de Belastingdienst richtte zich onder meer op de aftrek van voorbelasting op advies- en advocaatkosten. Hof Den Bosch leidt uit de overgelegde stukken af dat de gevoerde procedures en de daarvoor gemaakte advocaatkosten deels betrekking hadden op de DGA in privé. Volgens belanghebbende hoogstens voor 5 %, omdat de werkzaamheden van het advocatenkantoor voor hem als privépersoon niet verder gingen dan voor die tijd die gemoeid was met het kopiëren van de stukken uit de procedures van de B.V. De directeur vond zelf dat er een causaal verband was met de vennootschap, waardoor de kosten ook als ondernemingskosten aftrekbaar waren.
Voorbelasting
In navolging van de rechtbank oordeelde het Hof dat een deel van de kosten van de diensten van de advocaten niet ziet op procedures die in rechtstreeks en onmiddellijk verband staan met de onderneming van de B.V. Daarom is de voorbelasting op dat deel van de kosten niet aftrekbaar. Het Hof nam het oordeel van de rechtbank over, die eerder oordeelde dat 30% van de advocaatkosten aan privé toerekenbaar was. Als de DGA vindt dat slechts 5% van de advocaatkosten niet aftrekbaar is, had hij dit beter moeten onderbouwen.