
De ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een docente die een kritisch boek schreef over het vernieuwde onderwijs aan het ROC waar zij les gaf, was een ongeoorloofde inbreuk op haar vrijheid van meningsuiting. Dat heeft het gerechtshof ’s-Hertogenbosch onlangs geoordeeld.
Niet lang na het verschijnen van het boek werd de arbeidsovereenkomst van de vrouw ontbonden. De beslissing van het hof volgt na een verwijzing door de Hoge Raad. Eerder oordeelden de rechtbank Gelderland en het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden anders in de zaak.
Boek
De docente publiceerde in 2019 een kritisch boek over de invoering van gepersonaliseerd onderwijs op haar school. Na het verschijnen van het boek werd ze eerst geschorst en vervolgens ontslagen. De docente vocht haar ontslag daarna aan bij de rechter op grond van onder meer schending van haar vrijheid van meningsuiting.
Rechtszaak
De kantonrechter ontbond de arbeidsovereenkomst van de docente in verband met een verstoorde arbeidsverhouding. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden bekrachtigde vervolgens die beslissing, maar kende haar daarbij wel een billijke vergoeding toe. De Hoge Raad vernietigde die beslissing van het gerechtshof. Een van de argumenten daarbij was dat het verweer van de lerares (dat de ontbinding van de overeenkomst een inbreuk was op haar vrijheid van meningsuiting) opnieuw beoordeeld moest worden.
Verwijzing naar hof
De zaak werd vervolgens verwezen naar het gerechtshof ’s-Hertogenbosch. Volgens het hof was de ontbinding van de arbeidsovereenkomst een ongeoorloofde inbreuk op de vrijheid van meningsuiting van de docente. Het boek is naar het oordeel van het hof weliswaar een kritische, maar geen beledigende beschouwing, en er is niet gebleken van aperte onwaarheden. Met het boek was bovendien een algemeen belang gediend. Het bestuur van de school had meer moeite kunnen en moeten doen om te proberen de eventuele commotie over het boek onder de collega’s weg te nemen, bijvoorbeeld door er gesprekken over te voeren in de organisatie.
Billijke vergoeding
De lerares heeft het verzoek tot herstel van de arbeidsovereenkomst ingetrokken, het hof hoefde daar dus niet meer over te beslissen. Volgens het hof heeft de docente recht op een billijke vergoeding. Met de partijen is afgesproken dat zij nog nader mogen toelichten hoe hoog die vergoeding in hun ogen moet zijn. Daarna zal het hof ook daarover uitspraak doen.