
Curator Mark Loef van oplichtingsvehikel Nieuwe Hollandsche Wind krijgt ook in hoger beroep nul op het rekest in de zaak die hij had aangespannen tegen Aegon-dochter Knab. De zogenaamde beleggers in windenergie sluisden enorme bedragen van investeerders weg, onder anderen via een bankrekening bij de online bank. De rechtbank en het gerechtshof Den Haag bogen zich vervolgens over de vraag of Knab iets te verwijten valt en de bank daardoor een schadevergoeding moet betalen. Het hof oordeelt nu echter, net als eerder de rechtbank, dat Knab niet verplicht was om actie te ondernemen.
Toen beleggingsonderneming Nieuwe Hollandsche Wind in 2017 failliet ging bleek dat er van de door deelnemers ingelegde € 2,6 miljoen zo’n € 1,8 miljoen was verdwenen. Dat geld bleek te zijn overgeboekt naar bankrekeningen van derden, er was nooit daadwerkelijk in windenergie belegd. Verschillende verdachten werden veroordeeld voor de zwendel.
Faillissement
De drijvende kracht achter de oplichting was bestuurder van Valeo Media B.V., een mediabedrijf in Den Haag. Dat bedrijf had een bankrekening bij Knab. Op 2 oktober 2015 werd Valeo Media uitgeschreven uit het Handelsregister omdat het was ontbonden zonder vereffening van baten. Op 20 oktober 2015 verklaarde de rechtbank Den Haag Valeo Media failliet. De curator in het faillissement merkte niet op dat Valeo Media de Knab-rekening aanhield en meldde het faillissement daarom niet bij Knab. Het faillissement van Valeo Media werd op 15 juli 2016 bij gebrek aan baten opgeheven.
Knab-rekening gebruikt voor oplichting
De Knab-rekening werd voor en na het faillissement gewoon gebruikt. In totaal vonden voor meer dan negen ton inkomende en uitgaande betalingen plaats op de Knab-rekening. Van dit bedrag was zes ton afkomstig van oplichtingsvehikel Nieuwe Hollandsche Wind. Op 4 oktober 2016 liet ING aan Knab weten dat ING op de zakelijke rekening van Nieuwe Hollandsche Wind ongebruikelijke transacties had gedetecteerd. Naar aanleiding daarvan blokkeerde Knab de rekening van Valeo Media.
Rechtszaak curator
De curator in het faillissement van Nieuwe Hollandsche Wind vorderde in een rechtszaak vervolgens € 530.000 van Knab, omdat de bank niet had opgemerkt dat Valeo Media ten tijde van de transacties aanvankelijk ontbonden en nadien gefailleerd was. De rechtbank wees de vorderingen in 2019 echter af omdat er geen sprake was van een causaal verband in de zin van condicio sine qua non verband tussen de gestelde onrechtmatigheid en de schade.
Hoger beroep: Wwft-verplichtingen bank
Ook in hoger beroep heeft de curator geen succes. Het hof is van oordeel dat voor Knab geen verplichting bestond om actie te ondernemen. De publiekrechtelijke regelgeving laat het aan de banken zelf over hoe zij voldoen aan hun verplichtingen uit het Bpr en de Wwft. Koppeling aan het insolventieregister of het handelsregister van de Kamer van Koophandel is niet verplicht. Verder oordeelt het hof onder meer: ‘Er is niet gesteld althans het is onvoldoende toegelicht dat er – de ontbinding en het daarop volgende faillissement van Valeo Media weggedacht – aanleiding voor de bank was om te vermoeden dat de Knab-rekening gebruikt werd voor het op deze wijze wegsluizen van – bij een andere juridische entiteit – door fraude verkregen gelden. Ook is niet gebleken dat er een andere concrete aanleiding was voor Knab om onderzoek naar Valeo Media te doen zoals het raadplegen van het insolventie- of handelsregister. Wat betreft “reguliere” periodieke monitoring van de klant geldt dat de curator onvoldoende heeft toegelicht dat Knab daarmee in gebreke is gebleven in de voor deze zaak van belang zijnde periode.’
Gerechtshof Den Haag, ECLI:NL:GHDHA:2022:2274
MH
Curator Nieuwe Hollandsche Wind eist schadevergoeding van Knab