Vele handen maken (straks) licht werk
De Belastingdienst merkt ook de gevolgen van de krapte op de arbeidsmarkt. Het streven is om komend jaar 2.500-3.000 fte te werven, zodat de onderbezetting eind 2023 voor een groot deel is ingelopen. Ook voor de korte termijn moet de Belastingdienst keuzes maken: de hersteldossiers uit de FSV en Toeslagenaffaire krijgen prioriteit. Dit raakt de uitvoering van de reguliere taken, waaronder toezicht, de afhandeling van bezwaren en de inning van belastingschulden. De Belastingdienst wil transparant zijn over de gevolgen en heeft in het jaarplan de beschikbare toezichtcapaciteit inzichtelijk gemaakt.
Aanpak verhuld vermogen particulieren
De aanpak van verhuld vermogen heeft in 2022 vertraging opgelopen.[1] Omdat deze aanpak een belangrijke pijler is van het toezicht en de fraudebestrijding, stuurt de Belastingdienst bij door extra te investeren in een consistente personele bezetting. De capaciteitsinzet voor verhuld vermogen wordt ten opzichte van de verwachte gerealiseerde inzet in 2022 van 140.000 uur uitgebreid tot 150.000 uur. De ambitie is om de capaciteit verder te verhogen in de loop van 2023 naar 160.000 uur. De Belastingdienst zet deze capaciteit onder andere in op onderzoek naar fenomenen en trends in verhuld vermogen.
Aanpak specifieke risico’s particulieren
Elk behandeljaar kiest de Belastingdienst welke risico’s ze in de IB aangiften gaan behandelen. Die keuze baseert de Belastingdienst op verkregen inzicht uit onderzoek, zoals steekproeven, een “compliance map” en effectmetingen van eerder ingezet toezicht. Naar aanleiding van de tweejaarlijkse steekproef Inkomensheffing 2020 neemt de Belastingdienst in 2023 de volgende vier risico’s in behandeling:
- vangnet scholingsuitgaven
- eerste jaar kosten voor eigen woning
- hypotheekverhoging
- zorgkosten
Pilot aanpak van patserbakken
In 2023 voert de Belastingdienst een pilot uit rond de aanschaf van auto’s. In de aanpak van onverklaarbare uitgaven kijkt de Belastingdienst naar natuurlijke personen die uitgaven doen voor bijvoorbeeld voertuigen, maar ook vastgoed, antiek en kunst, die op basis van de opgegeven inkomsten en vermogens niet te verklaren zijn. Dat is het geval bij personen zonder inkomen en personen met inkomen die meer uitgeven dan volgens de gegevens uit hun aangifte mogelijk zou zijn.
Vooraf toezicht en fraudebestrijding MKB
Bij MKB-ondernemers doet 69% een juiste en volledige aangifte.[2] De overige 31% maakt vooral fouten die te wijten zijn aan een gebrek aan kennis, slordigheid of gemakzucht. De capaciteit voor het toezicht achteraf is gedaald tussen 2016 en 2019.[3] Deze daling is doorgezet in 2020 en 2021. De komende jaren wordt de Belastingdienst geconfronteerd met een forse uitstroom van ervaren fiscalisten en accountants. Van nieuw personeel kan de Belastingdienst op korte termijn niet dezelfde productiviteit verwachten als van ervaren krachten. Als gevolg van deze ontwikkelingen zet de Belastingdienst nog meer in op toezicht vooraf om de tijdigheid, juistheid en volledigheid van aangiften te borgen, in plaats van het achteraf herstellen van fouten in aangiften.
Om fiscale fraude te bestrijden zet de Belastingdienst speciale teams in. Deze teams richten zich in 2023 op het bestrijden van bijvoorbeeld btw-carrouselfraude, van misbruik van wet- en regelgeving door “Risicovolle Netwerken” (samenwerkingsverbanden van burgers en/of bedrijven die gericht kunnen zijn op frauduleuze financiële transacties) en het bestrijden van ondermijnende criminaliteit. Het kabinet heeft extra middelen beschikbaar gesteld voor intensivering van de ondermijningsaanpak in de periode 2022-2025.
Samenwerking in RIEC’s, LSI en NSOC
De Belastingdienst werkt binnen de Regionale Expertise- en Informatiecentra (RIEC’s) samen aan de aanpak van onder meer belasting- en premiefraude, fraude met toeslagen en uitkeringen, overtredingen van arbeidswetgeving, georganiseerde hennepteelt en vastgoedfraude. Arbeidsgerelateerde fraude wordt aangepakt binnen de Landelijke Stuurgroep Interventieteams (LSI). Tot slot neemt de Belastingdienst deel aan de Nationale Samenwerking tegen Ondermijnende Criminaliteit (NSOC) – de opvolger van het Multidisciplinair Interventie Team – met onder andere de politie, het Openbaar Ministerie en de Koninklijke Marechaussee. De NSOC is per 1 september 2022 gestart voor in ieder geval een periode van anderhalf jaar, om werk te maken van de uitvoering. In 2023 richt de NSOC zich op het ontvlechten van de (financiële) verwevenheid van onder- en bovenwereld. De Functionaris Gegevensbescherming (FG) van het Ministerie van Financiën heeft aangegeven risico’s te zien in de manier waarop de informatie uitwisseling nu staat beschreven in het LSI-convenant. Daarom neemt de Belastingdienst momenteel niet deel aan nieuwe LSI-projecten.
Speerpunten Opsporing FIOD
De opsporingsactiviteiten van de FIOD hangen nauw samen met het toezicht en de fraudeaanpak door de andere onderdelen van de Belastingdienst. Belangrijke onderwerpen die een meerjarige aanpak vergen in de samenwerking tussen de Belastingdienst en de FIOD voor 2023 zijn:
- Grensoverschrijdende btw-fraude: via een constructie waarbij een ondernemer in het buitenland is betrokken, draagt een in Nederland belastingplichtige ondernemer geen btw af die wel bij de klant in rekening is gebracht
- Verhuld vermogen: belastingplichtigen houden inkomen en vermogen buiten het zicht van de Belastingdienst
- Onverklaarbare uitgaven: belastingplichtigen doen aankopen die niet in verhouding staan tot hun aangegeven vermogen en/of inkomen
- Onjuiste aangiften voor de inkomstenbelasting en/of onterechte verzoeken om voorlopige teruggaven
- Fiscale aspecten van de coronasteunmaatregelen: de meeste lopende onderzoeken zijn eind 2022 afgerond. Hoogstwaarschijnlijk is hiervoor minder FIOD-capaciteit nodig voor 2023, omdat de steunmaatregelen beëindigd zijn
Crypto en het FACT Team
Naast de genoemde onderwerpen zal de FIOD zich meer bezighouden met cryptovaluta. Cryptovaluta en andere vormen van digitaal vermogen spelen een steeds prominentere rol in het financiële verkeer, zowel nationaal als internationaal en zowel in legale als in illegale transacties. De FIOD heeft een speciaal team – het Financial Advanced Cyber Team (FACT) – opgezet dat zich bezighoudt met financiële criminaliteit met cryptovaluta.
De FIOD geeft bij het selecteren van aanmeldingen voor strafrechtelijk onderzoek prioriteit aan zaken met impact en effect, door te streven naar processen-verbaal die leiden tot een veroordeling of transactie. Bij de aanpak van fraude wil de FIOD een duidelijk signaal afgeven en kiezen ze voor aanpak van strafonderzoeken met maatschappelijk effect: “van incident naar impact”. Het streven is om in meer dan 82% van de processen verbaal te komen tot een veroordeling of transactie. Verder is het streven om meer dan 40% van de opsporingscapaciteit in te zetten op omgevingsgerichte onderzoeken.
Een beperkt deel van de FIOD-capaciteit wordt besteed aan opsporing voor het Europees Openbaar Ministerie (EOM) dat in 2021 gestart is met zijn werkzaamheden. Als fraude raakt aan de eigen middelen van de Europese Unie (zoals fraude met in- en uitvoerheffingen, fraude met EU-subsidies en omzetbelastingfraude van meer dan 10 miljoen euro), dan kan een verdachte te maken krijgen met het EOM. De samenwerking tussen de opsporingsdiensten en het EOM bevordert daarnaast informatie-uitwisseling tussen lidstaten in onderzoeken die onder leiding van het EOM worden verricht. Het aantal zaken zal naar verwachting in 2023 verder toenemen.
Favoriete werkgever, Open Hiring en Talent Matching
Het Jaarplan 2023 staat vol met ambitieuze plannen, maar de personele bezetting lijkt overal roet in het eten te gooien. Onze inschatting is dat de krappe arbeidsmarkt ook gevolgen zal hebben voor de haalbaarheid van de doelen van het Jaarplan. Opmerkelijk is ook dat het personeelsbestand van de Belastingdienst al in omvang is gegroeid van 22.164 fte in 2018 naar 25.249 fte in 2022. De wens is om te groeien naar 27.171 fte voor 2023. Nieuwe vormen van werving zoals open hiring en talent matching worden ingezet om meer dan 400 nieuwe medewerkers aan te trekken. Er wordt in 2023 ook nog eens een reguliere uitstroom (AOW) verwacht van 1.500 fte. Daar komt bij dat de Belastingdienst onder druk van politieke grillen te maken heeft met steeds meer uitbreiding en intensivering van werkzaamheden, los van de reguliere taken. Ondanks dat de Belastingdienst één van de favoriete werkgevers blijft – hetgeen trots wordt vermeld in het Jaarplan – vergen al deze opgaven om een drastische bijsturing van het personeelsbeleid.[4]
[1] Kamerstukken II, 2021/22, 31 066, nr. 1100.
[2] Resultaat Steekproef Ondernemingen over belastingjaar 2019 (meest recente resultaat, mede vanwege corona).
[3] Bijlage bij Kamerstukken II, 2021/22, 31 066, nr. 958.
[4] Favoriete werkgever 2021 (intelligence-group.nl).